Archieven

Uw zoekacties: Stadsgerecht Rhenen

066 Stadsgerecht Rhenen

beacon
 
 
Naar boven om te zoeken
066   Stadsgerecht Rhenen
Inleiding
1. Stadsgerecht
2. Archief en inventaris
3. Aanwijzingen voor de gebruiker
4. Literatuur en bronnen
laatste wijziging 09-01-2024
15.229 beschreven archiefstukken
21 gedigitaliseerd
totaal 156 bestanden
Inventaris
1. Criminele rechtspraak
2. Civiele rechtspraak
3. Vrijwillige rechtspraak
282 Lijst van transporten, gepasseerd voor het stadsgerecht in de jaren 1640 en 1641
283-384 Minuten van transporten, plechten, testamenten en overige door de schepenen opgemaakte akten, en enkele interrogatoiren
385-440 Protocollen van transporten, plechten en overige door de schepenen opgemaakte akten
385 1549-1551 juli
386 1551 mei-1553
387 1555-1559 mrt
388 1559 apr.-1561 okt. 16
389 1561 okt. 20-1564 okt
390 1564 nov.-1567
391 1570 aug.-1573 jan
392 1573 feb.-1574 aug. 5
393 1574 aug. 11-1578
394 1584-1587 mrt
395 1587 apr.-1589 juli
396 1589 aug.-1590
397 1591-1593 mei
398 1593 juni-1594
399 1595-1602
400 1603-1606
401 1608-1610 jan
402 1610 juni-1613 apr
403 1613 juli-1617 mrt
404 1617 mei-1619 feb
405 1619 apr.-1620 juli 17
406 1620 juli 27-1622
407 1622 okt.-1628 apr
408 1628 apr.-1638 jan
409 1638 feb.-1643 feb
410 1642 okt.-1651 mrt
411 1648-1651 feb. 3
412 1651 feb. 13-1652 mei
28-10-1650: Cornelis Jansz van Brenck als vader en momber over zijn onmondige kind verwekt bij Barbara Verhel transporteert aan Nicolaas Verhel x Margaretha Clerq ¼ van een huis in de Lange Herenstraat, waar de Sleutels uithangen, zijnde de voorkamer, tijnsgoed van de Domeinen voor 12 penningen per jaar. En de Nicolaaskerk te Utrecht 2-10 en 2-8 aan juffr. Van Brederode jaarlijks. En 1-4 voor de commandeur.
13-2-1651: Ontvangen van Gijsbert Beijer en Cornelis Arentsz 5 gulden voor de 40e penning van 1,5 morgen hooiland te Achterberg vanwege Gerrit Rijcksen gekocht voor 200 gulden.
13-2-1651: De weduwe van Geurt Rijcksz en Arien Roelofsz voor zichzelf en als een gekoren voogd transporteren aan Gijsbert Berendsz en Cornelis Arentsz 1,5 morgen hooiland te Achterberg in de Haverkamp, gemeen met de anderen van hen liggende.
22-2-1651: Evert Mathijssen als vader en voogd van Mathijs Evertsz, verwekt bij Jantje Jans, ab intestato universeel erfgenaam van Gerrit Elissen, zijn halve broer, neemt de erfenis aan bestaande in een huis en hofstede en landerijen met het veenslijk strekkende van de Veengrift tot de Cuneraweg, genaamd Brouwerensgoed, daar oost- en westwaarts Arien Jansz. En de helft van een huis, hofstede, boomgaard en landerijen met het veenslijk, waarop Maas Willemsz tegenwoordig woont, genaamd Vinnenweijde, strekkende van de Veengrift tot de Cuneraweg, daar oostwaarts Cornelis van Schadick en westwaarts Herman Beerntsz, waarvan de wederhelft burgemeester Gooijer te Amersfoort toekomt. En 1/3 van de helft van het bos met de heren burgemeesters De Goijer gemeen, van dhr. van Geerestein herkomende, daar oostwaarts Catrina Willems en westwaarts Meijns Arisz.
25-2-1651: Jan Pauwelsz herroept zijn testamenten.
25-2-1651: De magistraat van Rhenen bekent schuldig te zijn aan Susanna van Deuverden van Voort, huisvrouw van kapitein Cornelis van Deuverden, een jaarlijkse losrente van 50 gulden wegens lening van 1000 gulden.
6-1-1651: Arent van Dolre x Fransje van Schoonhoven bekennen schuldig te zijn aan Otto van Gessel, apotheker, 500 gulden, sedert 17-9-1647 en aan de kinderen van Jan Jansz 100 gulden sedert 7-6-1649, en aan de armen de Poth te Amersfoort 300 gulden sedert 18 juni 1650, en aan de regenten van de armen noodhulp te Amersfoort 200 gulden sedert 14-1-1646, en aan Jacoba van Schadijck 300 gulden sedert 11-3-1648. Zij beloven dit binnen 2 jaren af te lossen.
6-3-1651: Jan Roelofsen x Geertje Jans bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis. Afgelost op 9-1-1658.
11-3-1651: Jan Lubberden, burger en schipper alhier, bekent schuldig te zijn aan Geurt Gouda, burger, 200 gulden, die Geurt voor hem betaald heeft aan Jan Arisz, scheepstimmerman te Utrecht.
13-3-1651: Reijnier Rutgersz x Neeltgen van Tuil bekennen schuldig te zijn aan Cornelis Cornelisz van Prattenburg 100 gulden. Zij stellen als onderpand hun huis te Elst op Roelof Jansz stee.
27-3-1651: Huwelijkse voorwaarden tussen Thomas Claesz, wed. Stijntge Jans, en Jannigje Jans, wed. Gijsbert Jansz. De bruidegom verklaart geen goederen in te kunnen brengen, omdat deze gerechtelijk zijn verkocht.
8-4-1651: Aert Cornelisz, won. Heusden, x Jantje Jans, voor henzelf en namens Claes Teunisz x Rijkje Everts en de kinderen van Willem Woltersz bij Rijkje verwekt, en namens Cornelis Hermensz x Hendrikje Jans en namens Willem Petersz x Elisabeth Jans, transporteren aan Antonij van Brenck x Haeske Huijberts van IJsendoorn een huis op de Markt waar Tiel uit hangt, waar Anthonij Vereest, Jan en Evert Cornelisz en Huijbert Hendricksz van Isendoorn zuidwaarts de stadswal, westwaarts Aaltje van Winsen en noordwaarts de Markt.
8-4-1651: Aert Cornelisz en Willem Petersz beloven als principaal en in het bijzonder Cornelis Hendricksz en Arien Ariensz schadeloos te houden van de borgtocht van het huis van Anthonij van Brenck, waar de Tiel uit hangt.
22-4-1651: Cornelis Dircksz x Catarijntje Cornelis vestigen 200 gulden t.b.v. Evert Jaspersz in hun huis.
5-5-1651: Anthonij de Beer, kastelein van hare majesteit van Bohemen, x Elisabeth Rosr lijftochten elkaar in al hun goederen.
7-5-1651: Aeltje de vroedvrouw toont een rentebrief van 13-11-1623 gepasseerd bij Beernt Willemsz x Neeltje Claesdr van een jaarlijkse losrente van 200 gulden van Gerrit Hendricksz van Lichtenberg ontvangen, en toont procuratie voor notaris Eck gepasseerd bij Otto van Lichtenberg, erfgenaam van zijn ouders, op Assuerus van Barculo, om de hoofdsom te ontvangen, van 22-4-1651, en kwitantie van betaling van 29-4-1651.
23-12-1650: Hendrick Jansz Munnick heeft verkocht aan Olof Philipsen, burger en schipper te Rhenen, een huis bij de Rijnpoort, daar oostwaarts Wijn de schipper, zuidwaarts de Visserstraat, westwaarts de Herenstraat en noordwaarts Aert Adriaensz weduwe, vrij eigen goed, uitgezonderd een rijksdaalder die de erfgenamen van burgemeester Stoutenburg en 2 stuivers die de kerk daaruit jaarlijks hebben. En dat voor 572 gulden.
29-5-1651: Johan Bor, pander van de Staten van Utrecht, transporteert bovenstaand huis aan Olof Philipsz. Olof belooft Johan te betalen de resterende som van 149 gulden.
23-5-1651: Matheus Gerritsz van Langelaar x Anneken Peters transporteren aan Dirck Tueren, metselaar, een huis met de verbetering van de erfpacht, staande op de grond van Jacob van Sepenesse in de Kerkstraat in Veenendaal, daar zuidwaarts Lambert Petersz en noordwaarts Cornelis Hendricksz Lam, strekkende van de Kerkenwijk af westwaarts op tot aan de sloot toe. Op de last van 1-11-8 jaarlijkse erfpacht voor dhr. Sepenesse. Dirck Tueren transporteert het direct aan Jan Claesz van Poelgeest.
2-6-1651: Johan Bor, exploicteur van de Staten, heeft aan Gijsbert Hermensz van Beem volgens appoinctement van 2-5-1650 verleend akte van cessie jegens Abraham Bergman, mede borg voor Frans Christiaensz voor de helft van 1260 gulden aan goed die Gijsbert Hermensz als een mede borg betaald heeft door de verkoop van een huis in de Kruisstraat aan Evert Wijnen.
2-6-1651: Dirck van Hoeven, burger alhier, beloof de 100 gulden aan het gerecht te zullen restitueren die aan Gijsbert Hermensz van de kooppenningen van zijn huis geteld zijn.
28-6-1651: Claes Jansz van Drueten, soldaat onder de compagnie van sergeant-majoor Hardenbroek, x Maria Jans lijftochten elkaar in al hun goederen.
9-7-1651: Gijsbert Hermensz van Beem x Anna van Hoeven bekennen schuldig te zijn aan Cornelis van Schoonhoven 239 gulden wegens geleverde materialen, hout en arbeidsloon. Zij stellen als onderpand hun drie huisjes boven aan de al in de Vrouw van Covenssteeg, daar zuidwaarts de weese van Lindemans, noordwaarts Evert Budding en westwaarts Cornelis van Schoonhoven.
17-12-1632: Voorwaarden voor de verkoop door Jeronimus Ernste Tin x Joosje Peters aan mr. Adam Curisz in Veenendaal, x Ariaantje Willems, van een huis en hofstede met de verbeterschap van de erfpacht staande in Veenendaal tussen Hendrick Dircksz en Hendrick Hendricksz erven, strekkende achter tot aan het convents goed dat Cornelis Willemsz Hoochbeen pacht tot voor aan de Kerkenwijk, op de grond van Cornelis van Sijpenes, die hieruit jaarlijks 1 gulden erfpacht heeft, en 1 stuiver tot morgengeld.
066 Stadsgerecht Rhenen
Inventaris
3. Vrijwillige rechtspraak

385-440 Protocollen van transporten, plechten en overige door de schepenen opgemaakte akten
412 1651 feb. 13-1652 mei
17-12-1632: Voorwaarden voor de verkoop door Jeronimus Ernste Tin x Joosje Peters aan mr. Adam Curisz in Veenendaal, x Ariaantje Willems, van een huis en hofstede met de verbeterschap van de erfpacht staande in Veenendaal tussen Hendrick Dircksz en Hendrick Hendricksz erven, strekkende achter tot aan het convents goed dat Cornelis Willemsz Hoochbeen pacht tot voor aan de Kerkenwijk, op de grond van Cornelis van Sijpenes, die hieruit jaarlijks 1 gulden erfpacht heeft, en 1 stuiver tot morgengeld.
Datering:
17-12-1632
laatste wijziging 30-06-2020
6-6-1651: Gerrit Willemsz, timmerman, als oom en momber van het nagelaten weeskind van Cunera Willems, geassisteerd met Cornelis Weppelman vanwege het weeskind, verkocht aan Arien Gerritsen en zijn zoon Gerrit Ariensz, beide wonende te Manen onder Ede, een huis of de verbeterschap van de erfpacht daarvan staande op de grond van Jacob van Sijpenesse, in de Kerkstraat in Veenendaal, daar noordwaarts de weduwe van Michiel Aertsz, zuidwaarts Claes Gerritsz, strekkende van de Kerkenwijk af westwaarts op tot aan geërfd en gelegen mag zijn.
14-7-1651: Jacob Eersten Tin, Cornelis Gijsbertsz van Ingen en Gerrigje Peters als erfgenamen van Jeronimus Eersten Tin x Joostje Peters, transporteren aan Gerrit Willemsz, timmerman, als oom en momber van het nagelaten weeskind van Arien Gerritsz x Cunera Willems, als een mede-erfgenaam van Ariaentje Willems, met consent van de weesmeesters, een huis etc. (zie vorige akte). Gerrit Willemsz transporteert het direct aan Arien Gerritsz en Gerrit Ariensz, beide wonende te Manen.
17-7-1651: Gijsbert Hermens van Beem x Anna van Hoeven transporteren aan Willem Verweij x Elisabeth Cornelis 1 morgen bergland genaamd de Bronlach, daar oostwaarts de kopers, zuidwaarts de erfgenamen van Crominga, westwaarts de Heck of het Swarte Land en noordwaarts de Herenweg, vrij eigen goed.
5-8-1651: Jan Hendricksz koperslager x Aeltje Jans, won. Veenendaal, transporteren aan ds. Michael Middelhoven, predikant te Buren, een huis en erve met de verbetering van de erfpacht, staande op de grond van advocaat Sijpenes in de Kerkstraat in Veenendaal, daar noordwaarts Willem Jansz verwer, en zuidwaarts Egbert Hansz, strekkende van de Kerkenwijk af westwaarts op tot aan een sloot van Jelis Anthonisz de Ridder toe. Op last van 2-2 die Meerten Geurtsz daaruit jaarlijks ten erfpacht heeft.
5-8-1651: Hendrik Boonzaaijer x Elisabeth Hertmans bekennen schuldig te zijn aan Beernt Wesselsz x Erentje van Harn 64-4 wegens huishuur, geleend geld en gehaalde waren, welk geld zij zullen ontvangen van de erfenis van hun ouders.
5-8-1651: Jacob Eersten Tin, lakenkoper en burger alhier, x Susanna Huijberts, bekennen dat zij de hoofdsom van 600 gulden die zij schuldig zijn wegens koop van laken en waren t.b.v. Frederick Beerninck, koopman van laken en burger te Utrecht, een jaarlijkse losrente van 30 gulden. Zij stellen als onderpand hun huis en hofstede in de Kruisstraat, daar oostwaarts de Kruisstraat, zuidwaarts Rutger van Brenck en noordwaarts Aert Jansz weese.
21-8-1651: Willem Woutersz Roest, oud-schepen, x Neeltje Verweij lijftochten elkaar in al hun goederen en stellen tot erfgenamen hun kinderen Maria, Wouter en Hendrick. Hendrick moet uit de gemene boedel worden onderhouden tot hij 20 jaar is.
12-8-1651: Evert Willemsz van Boer x Gijsbertje Wouters bekennen schuldig te zijn aan Johannes Calckoen, koopman te Amsterdam, 120 gulden ten dele wegens borgtocht voor Rijck Jansz, de man van een dochter van Evert, van 30-1-1640, en deels wegens boekschuld. Zij stellen als onderpand hun huis in Veenendaal, erfpacht van jonker van Hemer, daar oostwaarts Arris Faesz, zuidwaarts de weg, westwaarts Gijsbertje Wouters en noordwaarts de Kerkweg.
23-9-1651: Gijsbert Gerritsz en Cornelis Petersz namens zijn vrouw, met consent van Henrick Jansz van Campen x Marrigje Jans en namens zijn schoonmoeder Enneke Ariens, wed. Jan Baltussen, transporteren aan Gerrit Goijersz x Sophia Claes een stuk weiland van vijftehalve morgen in Veenendaal, daar oostwaarts Anthonis Aelbertsz Steck en westwaarts Cornelis Petersz, strekkende van de gemene grift tot het bouwland van Goossen Hendricksz toe.
23-9-1651: Henrick Hermensz x Mechteld Gerrits bekennen schuldig te zijn aan Christoffel Boumeester x Jannegen van Schadijk 200 gulden wegens geleend geld en gehaalde waren. Zij stellen als onderpand hun huis en de verbeterschap daarvan met de hof daar achter, daar oostwaarts Jan de kuiper en westwaarts Cornelis Petersz. En aan Jan van Grootveld x Elisabeth van Schadijk 100 gulden.
23-9-1651: Jacob Cornelisz x Marreke Noesten bekennen schuldig te zijn aan Jacob Eersten Tin 60 gulden, wegens geleverde waren. Zij stellen als onderpand hun huis in de Molenstraat.
25-9-1651: Cornelis Petersz x Marretje Rutgers, won. Veenendaal, bekennen schuldig te zijn aan Gerrit Lam x Maria Vastrick 400 gulden. Als onderpand stellen zij 2 morgen bouwland in Veenendaal, genaamd de Smalle Zijde, daar oost- en westwaarts de comparanten, zuid- en noordwaarts Jan Gijsbertz.
28-9-1651: Hendrick Hermensz, kleermaker, x Mechtelt Gerrits, won. Veenendaal, bekennen schuldig te zijn aan Jan van Lerender de jonge, lakenkoper te Utrecht, 200 gulden wegens geleverd laken. Zij stellen als onderpand hun huis en hof, erfpacht, daar oostwaarts de grift, zuidwaarts Jan Hendricksz lakenkoper, west- en noordwaarts.
27-9-1651: Mr. Bartholomeus Bergeijck, advocaat voor het Hof van Utrecht, een mede-erfgenaam van Aaltje Bergeijck, en namens de andere erfgenamen voor de ene helft, en Pierre Harmercx, korporaal onder de compagnie van kapitein d’Almeras, x Jannigje Jansdr, welke Jannigje tevoren weduwe was van Hendrik Beumer, voor de andere helft, transporteren aan Jan Noest een erve, huis, hof en stal in de Koningstraat, daar oostwaarts Jan Juchaud, zuidwaarts Dirck Dircksz, westwaarts Jan Jansz en noordwaarts de Koningsstraat. Zij transporteren dit direct aan sergeant Jan Fisene. Pierre Harmercx, korporaal, x Jannigje Jans, bekennen schuldig te zijn aan Aeltje Beumers voor haar vadersgoed 100 gulden die zij vestigen in hun huis aan de Wal, daar oostwaarts Sans Soucy, zuidwaarts de erfgenamen van Eb en westwaarts de straat en noordwaarts de stadswal.
15-10-1651: Helena Goris, wed. Fisene, gemachtigde van Jan Fisene, volgens akte onder Frans Jansz berustende, bekent schuldig te zijn aan Frans Jansz, burger en brouwer alhier, x Elisabeth van Schevichoven 300 gulden wegens geleend geld en gehaalde bieren. Zij stelt als onderpand een huis en hof in de Koningstraat, daar oostwaarts Jan Juchaud, westwaarts Jan Jansz wever.
21-10-1651: Aelbert Steck, schepen te Rhenen, x Aletta van Wijck transporteren aan Jan Thonisz Jasper x Geertje Simons de helft van 6 morgen bouwland in de Nude, genaamd de Schuijlenburgse kamp, daar oostwaarts Jeriphaas Dircksz Soet, westwaarts de commanderie, zuidwaarts de afweg en noordwaarts de Weidijk.
30-10-1651: Adriaen Matheusz van Langelaer als mede-erfgenaam van Sander Matheusz van Langelaar en namens de overige erfgenamen, Hermen Jansz x Stijntge Peters en zij namens de kinderen van Jan Marcelisz bij Stijntje verwekt, transporteren aan Cornelis Petersz x Marritge Rutgers een huis en hofstede met het wei- en bouwland daarbij behorende, strekkende voor uit de Bisschop Davidsgrift tot aan de Cuneraweg toe, daar oostwaarts weduwe van Peter Hermensz en westwaarts weduwe van Gerrit Jansz Olij.
1-10-1651: Magistraat van Rhenen bekent schuldig te zijn aan Hendrina van Duijvenvoorde een jaarlijkse losrente van 25 gulden wegens lening van 500 gulden. [Datum zal wel 1-11-1651 moeten zijn]
3-11-1651: Anthonis Aelbertsz herroept zijn voorgaande testamenten en speciaal de lijftocht van 1636. Hij stelt tot zijn universele erfgenamen zijn dochter Metje Anthonis.
13-11-1651: Cornelis Petersz, won Veenendaal, met consent van Cornelis Sandersz en Cornelis van Schadijk als curators van de boedel van Jacob van Sijl en Hermen Brantsz van de erfgenamen van Fuijck, transporteert aan Jan Lambertsz zestehalve morgen bouwland genaamd Fuijckegoed, in Veenendaal, daar oost- en zuidwaarts Lambert Petersz, westwaarts Huijbert Arisz en noordwaarts Cornelis Petersz.
17-11-1651: Jan Verweij x Trijntje Cornelis bekennen schuldig te zijn aan Jacob Eersten Tin 78 gulden wegens gehaalde waren. Zij stellen als onderpand hun hoven tussen de Rijnpoort en de Westpoort gelegen.
20-11-1651: Geurt Hendricksz, Geurt Hendricksz van Kesteren en Jan Petersz transporteren aan Jan Hendricksz de Cruijff x Anna Jacobs 3 hont uijtgeweijt losch land in het bos van Elst boden de Schuur daar oostwaarts Bart Quint, zuidwaarts Huijbert Thonisz van Miltenburg, westwaarts Cornelis Jansz en noordwaarts de transportanten. Voorheen was dit erfpacht van de Domeinen.
24-11-1651: Te Utrecht gepasseerd. Godert van Dael, raad ordinaris in het Hof van Utrecht, en Frans Uitenbogaert, ontvanger van de Staten van Utrecht, als executeurs van het testament van Geurt van Poll die universele erfgenaam was van zijn oom Floris Thin in leven advocaat van de Staten, constitueren Bartholomeus van Bergeijck, advocaat voor het Hof van Utrecht, won. Rhenen, om te Rhenen of elders t.b.v. Johan Baron van Rhede, heer van Renswoude, te transporteren 4 morgen hooiland in Velderbroek te Achterberg, gemeendervoor in 12 morgen waarvan de andere 8 morgen de erfgenamen van Craijvanger competeren. Deze 4 morgen waren voorheen in pacht bij Jasper Gerritsen en daarna bij Aert Cornelisz Hardeman en laatst bij de bruikers van de goederen van dhr. Asch van Wijck op de Emminkhuizerberg gelegen. Transport vindt plaats op 27-11-1651.
6-12-1651: Hendrick Petersz, bakker te Veenendaal, voor zichzelf en als weduwnaar van Jannigje Peters, bekent schuldig te zijn aan Anthonis Aelbertsz Steck 800 gulden wegens geleverd bier. Als onderpand stelt hij zekere erfpacht, zijnde de helft van 13 en 35 roeden met het huis daarop waar de Wildeman uit hangt, waar hij in woont. Erfpacht van dhr. van Rijsenburg.
31-12-1651: Nelleke Lijsters, wed. Willem Huijbertsz Budding, in leven schepen, met schepen Rhede als gekoren momber, handhaaft haar testament van 30-12-1648 uitgezonderd dat het fideicommis en verband en onder haar drie kleinkinderen zal cesseren voor zoveel de 70 gulden aangaande haar zoon Rutger Budding aan Evert Jacobsz op zijn reist heeft verschoten, willende dat haar zoon na haar overlijden die zal ontvangen.
14-1-1652: Gerard van Amerongen, schepen, als collator en vicaris van Scheurmansvicarie renuntieert van de vestenis als Frans Christiaensz in zijn land gelegen buiten de Bergpoort en aan Bastiaen Reijersz verkocht t.b.v. hem comparant mocht hebben gedaan.
14-1-1652: Frans Christiaensz x Neeltje Verweij, nevens Jan Bor, pander van de Staten van Utrecht, transporteren aan Bastiaen Reijersz 2 kampjes land buiten de Bergpoort genaamd de Dikkenberg en het Maankampje, daar oostwaarts de Dikkenberg gelegen ligt Evert Evertsz, zuidwaarts de Herenweg, westwaarts de erfgenamen van Joriphaes Beerntsz en noordwaarts Bruineneng, groot omtrent 1,5 morgen. En naast het andere kampje ligt oostwaarts de Barenweg, zuidwaarts en westwaarts de herenwegen en noordwaarts Gijsbert de Bruin, groot 0,5 morgen. Bezwaard met 0,5 schepel rogge jaarlijks aan het gasthuis. Bastiaan Reijersz bekent schuldig te zijn aan Jan Bor, pander, 500 gulden.
19-1-1652: Wijn Wesselsz de Visser x Anna bekennen schuldig te zijn aan Olof Philipsz 58 gulden van gehaalde waren. Zij stellen als onderpand hun huis in de Visserstraat waarin zij wonen.
30-12-1650: Voorwaarden voor de verkoop door Jan Rijcksz vant Sandt x Adriaentgen Thonis Quint aan Jacob Jordensz kuiper en burger te Rhenen x Gerritje van een huis in de Kruisstraat, daar oostwaarts de State, zuidwaarts Adriaen Thonisz, west- en noordwaarts Rutger van Brenck. Op last van 1 gulden jaarlijks aan de erfgenamen van Gosen van Lienden. Transport vindt plaats op 26-6-1652.
2-2-1652: Jasper Roelofz Beijer x Jantje Jans transporteren aan Wessel van Kesteren 1 morgen land in de Nude daar oostwaarts den Houwert, zuidwaarts dhr. van Dikkenberg, westwaarts dhr. van de Well en noordwaarts de Weidijk.
5-2-1652: Cornelis Petersz x Marrigje Rutgers transporteren aan Jan Gijsbertsz x Nennigje Sanders 1,5 morgen veen, genaamd het leeg van smalle zijde, daar oostwaarts Jan Gijsbertsz zelf, zuid- en westwaarts de transportanten en noordwaarts de grift.
5-2-1652: Jacob Jordensz x Gerrigje Willems bekennen schuldig te zijn aan het weeshuis 100 gulden spruitende van gelijke som bij Jelis Willemsz Snack verschuldigd en bij koop van het huis tot zijn last genomen. Zij stellen als onderpand hun huis in de Kruisstraat tussen Rutger van Brenck en Arien Thonisz in.
15-3-1652: Cornelis den Beets x Trijntje Willems Gelisz, won. Veenendaal, bekennen schuldig te zijn aan Gerard van Dijck, notaris voor het Hof van Utrecht, 2500 gulden. Zij stellen als onderpand hun huis, hofstede en boomgaard met 26 morgen wei- en bouwland, hen door overlijden van ouders Willem Gelisz x Heijltje Peters aanbestorven, strekkende van de grift zuidwaarts op tot de Cuneraweg, daar oostwaarts de hofstede Gevestein van burgemeester Peter Weijer, won. Amersfoort, en westwaarts Meijns Arisz. Gecasseerd op 18-3-1653.
33!-4-1650: Agaes van Lauwijck, huisvrouw van Haselme (=Anselm) van Deuverden van Voort, schepen in vrije van Vlaanderen, transporteert aan Jan Toll x Judith Smits een huis, boomgaard met weilanden groot 15 morgen met nog vijfdehalve morgen hooiland gelegen in de 20 morgen met burgemeester Vonck en Dirck Robbertsz oostwaarts afgedeeld met nog 3 morgen bouwland in 5 kleine percelen in de Eng, met nog 8 morgen aan de berg, genaamd de Harst, alles te Achterberg, met de schaapsdrift, waarvan Dirck Petersz nu bruiker is. Met akte van procuratie van 30-3-1650.
20-4-1652: Hermen Jochumsz Knipscheer, samoreusschipper, x Grietje Jans van Spithoven bekennen schuldig te zijn aan Arien Bastiaensen en Jan Bastiaensen en hun zusterskinderen 850 gulden. Zij stellen als onderpand een samoreusschip.
23-4-1652: Gijsbert Jansz van Maenen x Dirckje Otten hebben voor de vrijing en waring van derdehalve morgen bouwland te Ingen door hen aan Jeriphaes Dircksen Soet x Anna van Triest verkocht en op 19-4-1652 getransporteerd, tot onderpand gesteld hun huis, hof en schuur in de Lange Herenstraat, daar oostwaarts Adriaen Dircksz, zuidwaarts het gasthuis, westwaarts Joriphaes Dircksz Soet en noordwaarts de Lange Herenstraat.
30-4-1652: Lambert Claesz transporteert aan Hendrik Fransz van Hoeven 1,5 morgen land in Veenendaal, daar oostwaarts Hendrick Fransz, westwaarts Evert Aelbertsz, zuidwaarts Cuneraweg en noordwaarts de grift.
16-3-1652: Gepasseerd te Nijmegen. Elisabeth de Beijer, weduwe van Hermannus Breul M.D., voor zichzelf en namens haar kinderen, constitueert Johan Toll om aan Anthoni van Geijn te transporteren een huis en hofstede te Rhenen aan de Markt, gekomen van Bartholomeus Breul, gewezen burgemeester, tiendplichtig aan het huis van Culemborg. De koop is gesloten op 1-10-1641.
413 1652 mei-1653 mrt
414 1653 mrt.-1654 okt
415 1654 okt.-1656 feb
416 1656 feb.-1656 dec
417 1656 dec.-1657
418 1658-1659 aug. 5
419 1659-1661 feb
420 1661-1662 mrt
421 1662-1664 jan
422 1664 feb.-1665 mrt
423 1665 juni-1674
424 1675-1686
425 1686-1694
426 1694-1698
427 1698-1702
428 1703-1704
429 1706-1717
430 1718-1723
431 1723-1730
432 1730-1741
433 1741-1746
434 1747-1756
435 1756-1765
436 1765-1772
437 1772-1782
438 1782-1792
439 1803-1809
440 1809-1811
441-444 Koopcondities betreffende openbare verkopen van bij de Bank van Lening beleende goederen en panden
445 Protocol van transport, 1803-1805
446 Minuten van boedelscheiding en akten van boedelscheiding die niet door schepenen zijn opgemaakt, 1623-1805
447-448 Protocollen van boedelscheiding
449-461 Minuten van plechten en andere aken van bezwaar
462-467 Protocollen van plechten en andere akten van bezwaar
468 Protocollen van plechten, 1803-1805
469 Kwitanties van de 40ste penning behorende bij transporten en plechten, 1661-1801
470-471 (Authentieke afschriften van) akten inzake verkoop en procuratie behorend bij transporten en plechten
472-474 Minuten van testamenten en enkele andere akten
475-477 Protocollen van testamenten
478-483 Protocollen van attestaties en interrogatoiren
484 Tolbrieven afgegeven aan burgers van de stad door het gerecht en de magistraat, 1701-1797 i
485-486 Minuten van certificaten afgegeven door de secretaris, door het gerecht en door de magistraat
487 Minuten van akten van consignatie, 1692-1755
488 Minuten van interdicties, 1570-1660
489-515 Minuten van procuraties, taxaties, autorisaties, borgstellingen en andere schepenakten
516-522 Protocollen van procuraties, taxaties, autorisaties, borgstellingen en andere schepenakten
523 Afschriften van akten die niet door de schepenen zijn opgemaakt, maar die bij het gerecht zijn ingediend om officieel te worden geregistreerd, 1670-1788
524-603 Stukken betreffende boedels die door het stadsgerecht zijn vereffend
4. Huishoudelijke zaken
5. Registratie van bewoners
Concordans
Erfgoedstuk
laatste wijziging 09-01-2024
15.229 beschreven archiefstukken
21 gedigitaliseerd
totaal 156 bestanden

Kenmerken

Datering:
1438-1812
Plaatsnaam:
Rhenen
Omvang:
36,5
Openbaarheid:
Geheel openbaar
Soort archief:
Archieven van rechterlijke organen
Herkomst:
Overheid_R
Auteur:
D.T. Koen, D. Ruiter, H.J. Postema
Rechtsvoorgangers:
Kantongerecht, Arrondissementsrechtbank, Notarissen, ambtenaren Burgerlijke Stand
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Regionaal Archief Zuid-Utrecht, Wijk bij Duurstede. Toegang 066 Stadsgerecht Rhenen 1438-1812
VERKORT:
NL-WbdRAZU. 066
Categorie:
laatste wijziging 09-01-2024
15.229 beschreven archiefstukken
21 gedigitaliseerd
totaal 156 bestanden