Archieven

Uw zoekacties: Stadsgerecht Wijk bij Duurstede

067 Stadsgerecht Wijk bij Duurstede

beacon
 
 
Inleiding
Deze inventaris beschrijft de inhoud van het archief van het stadsgerecht van Wijk bij Duurstede. De indeling en wijze van gebruik worden hieronder beschreven.
Eerst echter wordt een korte historische schets van het gerecht en zijn medewerkers gegeven.
1. Het gerecht
067 Stadsgerecht Wijk bij Duurstede
Inleiding
1.
Het gerecht
In 1300 kreeg Wijk bij Duurstede stadsrechten van Gijsbert II van Abcoude. Dat hield in dat de stad specifieke privileges verkreeg, zoals eigen bestuur en rechtspraak en het houden van jaar- en weekmarkten. De stadsregering nam toen feitelijk de regeringstaak van de landsheer over: de verdediging, de rechtspraak en de bevordering van de welvaart.
Deze stadsregering werd gevormd door een magistraat, een oude raad en een schout, ook wel hoofdofficier genoemd.
De magistraat bestond uit negen personen, te weten twee burgemeesters en zeven schepenen. Zij werden steeds voor twee jaar gekozen. De voordracht voor de nieuw te kiezen schepenen en burgemeester werd opgesteld door de zittende magistraat en de schout, waarna normaal gesproken de (plaatsvervanger van de) landsheer de uiteindelijke keuze maakte.
De oude raad bestond uit een wisselend aantal personen, namelijk personen die eerder in de magistraat gezeten hadden. Zij hadden vaak voor het leven zitting.
Wellicht bestond deze situatie al in 1300. Bij het verkrijgen van het stadsrecht werd gesproken over "die scepenen, raet ende gemeente der voirseiden poirten (Wijck) ...". Hoewel het niet zeker is dat met "raet" de later bestaande oude raad bedoeld wordt, is dit toch aannemelijk. Ook is het niet zeker dat er al vanaf 1300 zeven schepenen waren. Een oorkonde uit 1429 meldt dit aantal al *  . Er zijn geen aanwijzingen gevonden dat er eerder minder schepenen waren.
De schout was een ambtenaar van de landsheer en later van de staten van Utrecht. Hij was de enige betaalde persoon in de stadsregering. De leden van de magistraat en de oude raad ontvingen alleen een onkostenvergoeding.
De schout, de magistraat en de oude raad oefenden samen het bestuur van de stad uit, de zogenaamde politie.
De schout en schepenen hadden daarnaast ook nog tot taak de rechtspraak, de justitie.
De schout vorderde van het gerecht (de schepenen) de uitspraak in criminele en civiele zaken, maakte dit vonnis bekend en legde het ten uitvoer. Aan de tot standkoming van de feitelijke uitspraak had hij geen aandeel.
De stadsregering werd daarnaast nog zowel in bestuurlijke als rechterlijke taken ter zijde gestaan door een secretaris, die op alle vergaderingen aanwezig was, de notulen maakte en verantwoordelijk was voor het archief. Deze secretaris was ook een betaalde ambtenaar en werd benoemd door gedeputeerde staten en eerder door de landsheer. Omdat de taken vaak te veel voor één persoon waren had, de secretaris een beëdigde klerk onder zich.
Sinds 1649 werd het werk zo omvangrijk dat ook nog een tweede secretaris werd aangesteld.
Tot slot was er nog een bode in dienst, die o.a. de betrokkenen moest berichten wanneer zij op een zitting van het gerecht dienden te verschijnen.
Deze zittingen vonden op vastgestelde tijden plaats in het stadhuis.
De normale (ordinaris) zittingen van de politie hadden in principe op maandag plaats en die van justitie op dinsdag, om de week. De leden van de magistraat werden hiervoor niet speciaal uitgenodigd, zij behoorden er gewoon te zijn.
Daarnaast waren er bijzondere (extra-ordinaris) zittingen. Omdat deze niet op de gebruikelijke tijdstippen gehouden werden, diende de bode de schepenen hiervoor wel speciaal uit te nodigen.
Bij de normale dinsdagse rechtszittingen waren de schout, drie van de zeven schepenen en de secretaris aanwezig. Als op dinsdag geen besluit genomen was of als beroep aangetekend was werden de zittingen op vrijdag vervolgd.
Bij de extra-ordinaris zaken waren over het algemeen meer schepenen aanwezig.
Op de dinsdagse zittingen werden zowel criminele zaken (processen tussen het gerecht enerzijds en de "misdadiger" anderzijds) als civiele zaken (processen tussen burgers) behandeld.
Naast de gebruikelijke dinsdagzittingen vonden ook op donderdag nog zittingen plaats. Hier werden vooral civiele processen gevoerd over zaken betreffende kleine financiele geschillen.
Behalve de rechtspraak in geschillen had het gerecht ook de vrijwillige rechtspraak tot taak, zoals transporten van onroerend goed en het opstellen van testamenten.
De dagelijkse rechtsmacht was dus, zoals de naam aanduidt, de gewone, normale rechtspraak.
De rechtspraak was dagelijks in alle zaken tenzij het tegendeel bewezen was.
Het grote verschil tussen de rechtspraak in de stad Wijk en de omliggende dorpen was dat bij het verkrijgen van de stadsrechten ook de hoge jurisdictie was verkregen. De dorpen hadden alleen de lage, de dagelijkse, jurisdictie en moesten zaken die de hogere jurisdictie betroffen door het Hof van Utrecht laten behandelen.
Alleen bij beroepzaken en wanneer adviezen van rechtsgeleerden ingewonnen moest worden, had het gerecht van Wijk met het Hof van Utrecht te maken.
Tot het gebied waarover de rechtspraak van het gerecht zich uitstrekte behoorde behalve de stad Wijk ook de Vrijheid van Wijk, een gebied dat binnen een mijl (ca. 5,5 km) buiten de stad lag.
In 1811 is het stadsgerecht als instantie opgeheven. De specifiek rechterlijke taken zijn overgenomen door het kantongerecht en de arrondissementsrechtbank. De vrijwillige zaken zijn overgenomen door de notarissen en de huwelijkse zaken door de Burgerlijke Stand.
2. Het archief
3. De inventaris
4. Aanwijzingen voor de gebruiker
5. Literatuur en bronnen

Kenmerken

Datering:
1546-1811
Plaatsnaam:
Wijk bij Duurstede
Omvang:
10,25
Openbaarheid:
Geheel openbaar
Soort archief:
Archieven van rechterlijke organen
Herkomst:
Overheid Wijk bij Duurstede
Auteur:
E. Elenbaas
Rechtsvoorgangers:
Kantongerecht, Arrondissementsrechtbank, Notarissen, ambtenaren Burgerlijke Stand
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Regionaal Archief Zuid-Utrecht, Wijk bij Duurstede. Toegang 067 Stadsgerecht Wijk bij Duurstede 1546-1811
VERKORT:
NL-WbdRAZU. 067