van Hagesteijn.
Nademaal ons voorgekomen is, dat Jilis Hendrikse de Weert geregts- en dijkbode van Hagesteijn sig deser dagen niet ontsien heeft omme den heere Johan Jurriaan van Bronkhorst heere van Vueren geautoriseerde drossard en dijkgraaf van onse hoge en vrije heerlijkheijd Hagesteijn op een seer schandelijke en sensible wijse te hoonen en te injurieeren, en zelfs in en ontrent het exerceren van zijne voorschreve qualite, waar toe onsent wegen gecommiteerd was, in sulker voegen dat wij daar over onse raden gelast hebben crimineerlijk te informeren, soo is 't dat wij, omme te doen blijken, dat ons de eer van onse officiaalen en bedienden ter harten gaat, den voorschreve Jilis Hendrikse van Weert goed gevonden hebben van de exercitie van zijn ampt van geregts en dijkbode te suspendeeren tot ongenadere ordre, gelijk wij den selven verklaren te suspendeeren bij desen, autoriseerende en gelastende Rijk van Veen koster van de kerke van Hagesteijn den gem bode=ampt bij provisie waar te nemen, mitsgaders alle ende een ijgelijk die zulx aangaat sig daar nae te reguleeren. Actum Culemburch den 20en meij 1707 en was onderteijkent, Louijsa Anna, en was ter sijden op het spatium gedrukt 't cachet van hooggemelte

haar vorstelijke doorluchtige in swartlak lager stont, huijden den 22en maij 1707 heeft Rijk vaan Veen den behoorlijken eed als geregts en dijkbode der hoge heerlijheijd Hagesteijn in handen van den welgeboren heere J:J: van Bronkhorst heere  van Vueren als geautoriseerde drossard, ten overstaan van Geerlof Hendrikse Roijen, Peter van Meurs, ende Maximiliaan van Maurik schepenen ende ingevolge van de bovenstaande acte afgeleijt, lager stont, in kennisse van mij ende onderteekent: Joh: d'Oirschot van Brouk substituut secretaris. 
Huijden den 24en maij 1707, is ten versoeke van de heer Willem van Rijssel oud schepen der stede Vianen als last ende procuratie hebbende van Albert van Rijssel zijnen vader ende voorts geinterressert in de naletenschap ende tot beneficie van de zelve van Hendrik ven Rijssel desselfs broeder op den 23en deser tot Vianen overleden, ende sonder daar door sig in den voorschreven boedel als erfgenaam te willen dragen daar van geprotesteert hebbende, gelijk den selven als nog is doende bij desen door den hoogewelgeboren heere J:J: van Bronkhorst heere van Vianen als geautoriseerde drossard met assistentie van Geerlof Hendrikse Roijen, Peter van Meurs, ende Barent Pas