concept placcaet raeckende de jacht, is verstaan, dat te gelegener tijt het recht deser stadt ende ingeseettenen vandien dienaengaende sal werden ingebraght sulcx ende in dier voegen als tot mainctenu van dien sal bevonden werden te behooren.

Proponeerde vorder den heere borgemeester Wijckerslooth, dat den tour van dese stadt omme te compareeren ter vergaderinge vande gedeputeerden was aengecoomen, versoeckende met eenen, dat op sijn edeles commissie mochte werden gedepescheert, waar op den heere oudt borgemeester Klerck heeft voorgestelt, dattet de heeren vande magistraat bekent was, dattet sijn hoogheijt hadde belieft bij de commissie hem als pensionaris ende syndicus deser stadt verleent, te verstaan dat wt dien hoofde oock den tour van dese stadt ter vergaderinge vande heeren gedeputeerden soude waarneemen met expres bevel aen een ijder, om hem in die voorschreven qualiteijt te erkennen ende specialijck aende heeren van de magistraat deser stadt dat men sijn edele ten eijnde oock met behoorlijcke commissie souden hebben te voorsien, dat deselve commissie den 2^en april 1676 de politie vergadert sijnde hadde verthoont ende dattet naar verlesinge vandien de heeren vande magistraat eenparighlijck belieft hadde desselfs persoon te houden voor aengenaem ende te consenteeren dat ingevolge de commissie van sijn hoogheijt ende volgens ’t begeeren van hooghstgedachte hoogheijt commissie in formâ wegens dese stadt soude werden

wtgegeven ende dat oock indier voegen eo ipso die vanden borgemeester Wijckerslooth selfs al inden eedt was genoomen, dat oock ingevolge vandien inde voorledene weecke sessie ter vergaderinge van haar edele mogenden de gedeputeerden hadden versoght ende eenparighlijck aldaar aen hem was vergost, dat derhalven op het versoeck vanden borgemeester Wijckerslooth niet en conde werden gedisponeert als contrarieerende het begeeren van sijn hoogheijt vervath inde opgedachte commissie ende bij de heeren vande magistraat eenparighlijck gelijck voorschreven geamplecteert waar jegens den heere borgemeester Wijckerslooth heeft geseght, dattet selve was strijdende tegens het recht ende privilegie van dese stadt, den borgemeester Klerck wederomme, dattet selve geensints was strijdende tegens het recht van dese stadt, nemaar dattet selve veeleer daar mede was geconfirmeert, vermits sijn hoogheijt bij de voorschreven commissie hadde verstaan, dat sijn edele den tour van dese stadt ter vergaderinge van de gedeputeerden soude waarneemen ende dat alsulcx oock wegens dese stadt ter hooghgemelte vergaderinge hadde gecompareert ende oock vorder compareeren soude, dat oock sijn hoogheijt daar toe was bevoeght, te meer inde notulen ter vergaderinge van Staten den 17^en april 1674 ende aldus bijde herstellinge vande regeeringe ende bij het aenstellen vande ordinares gedeputeerden deser provintie