Verpachtinge der excijs gedaen opten 10en octobris anno 69 die ingaen sullen daechs post Victoris wesende den 11 octobris anno voorschreven.
De schout, borgemeesteren ende schepenen der stadt Rhenen willen in manieren hijer na beschreven openbaer opslaen ende verpachten der stadt ecijs met den excijs opt veer als hijer naer volcht.
Inden eersten so wij de stadt ofte den cameler schuldich sijn, dat die geen gelt en sullen mogen trecken nochte enige excijs minen ende wij aenden slach blijft van enige excijs die sal gehouden weesen van stonden aen te stellen twe gode geerffde borgen welcke burgen mithen coper geloven sullen elcx ende een voor al sonder ijmant met sijn aendeel afte mogen ten allen quater temperen t’betalen ende indijen die excijseneren ten allen quater temperen vande borgeren, tapperen ofte inwoenderen gheen betalinge en kunnen gecrigen so sullen sij hair schult mithen schout vuijthalen ende executeren als die cameler doet.
Item dat die brouweren geen bijer mit eecken vuijtsliten en sullen anders dan alleen op die kuijp op de verbuerte van eenen gulden so mennichwerf als daer ijmant op bevonden wort ende wij binnen Renen compt brouwen geen borger wesende dat dieselve haren gruijt betalen sullen op gelijcke boete.
Item so wij de bijer excijs pacht die sal tgerecht die wijn betalen sonder affslach St. Meerten, Kersmis ende Paesschen.
Item so wij de wijn excijs pacht sal tgerecht dwijn betalen sonder affslach Pijnxteren en Assumptionis Marie.
Item so wij d’ellen excijs pacht sal den commelduijr betalen naer ouder gewoonten sonder affslach.
Item so wij de bijer excijs pacht sal sonder affslach ter stont betalen 7 gulden, de wijn excijs vier gulden, den ellen excijs twe gulden.
Ende op die bijer excijs sal staen voor treckgelt twe gulden, op die wijn excijs 2 gulden, op den ellen excijs tijen stuvers sonder affslach ter stont t’betalen.