Mijn Studiezaal (inloggen)
Zoeken in bestanden van inv.nr. 618 van toegang 386
4 bestanden
sorteren op:
386 Familie De Wijkerslooth de Weerdesteyn
618 Akte, voor Geerloff Vervoorn, schout, Matheus Jacobsz van der Ducht en Arijen Arijensz Moerkercken, schepenen van Piershil, waarbij Reijnierius Vervoren, predikant, verklaart schuldig te zijn aan Johan Duijst van Voorhout, oud-burgemeester van Delft, 4000 gulden met als onderpand een derde deel van 22 morgen land in Nieuw Piershil, gemeen liggend met de weduwe van dominee Johannis Snellius en de kinderen van Leonart Oppervelt, alsmede 4 morgen land in Klein Piershil, met ten oosten Duijst van Voorhout, ten zuiden Sara Snellius, ten westen Albert van der Graeft en ten noorden de weduwe van dominee Snellius, 28 augustus 1656
Datering:
28 augustus 1656
Omvang:
1 charter
Opmerkingen:
Op de andere zijde ongedateerde aantekening van Maria Duijst van Voorhout, vrouwe van Renswoude, dat zij de schuld heeft voldaan, alsmede aantekening dd. 3 februari 1718 van de secretaris van Piershil dat de schuld is geroyeerd. Drie zegels waarvan twee verloren en één beschadigd. Transcriptie door H.J. Postema, september 2021.
Reden geen uitleen:
Dit stuk is gedigitaliseerd
Volgnummer:
1 van 4
laatste wijziging 08-07-2021
totaal 1 bestand
386 Familie De Wijkerslooth de Weerdesteyn
618 Akte, voor Geerloff Vervoorn, schout, Matheus Jacobsz van der Ducht en Arijen Arijensz Moerkercken, schepenen van Piershil, waarbij Reijnierius Vervoren, predikant, verklaart schuldig te zijn aan Johan Duijst van Voorhout, oud-burgemeester van Delft, 4000 gulden met als onderpand een derde deel van 22 morgen land in Nieuw Piershil, gemeen liggend met de weduwe van dominee Johannis Snellius en de kinderen van Leonart Oppervelt, alsmede 4 morgen land in Klein Piershil, met ten oosten Duijst van Voorhout, ten zuiden Sara Snellius, ten westen Albert van der Graeft en ten noorden de weduwe van dominee Snellius, 28 augustus 1656
Datering:
28 augustus 1656
Omvang:
1 charter
Opmerkingen:
Op de andere zijde ongedateerde aantekening van Maria Duijst van Voorhout, vrouwe van Renswoude, dat zij de schuld heeft voldaan, alsmede aantekening dd. 3 februari 1718 van de secretaris van Piershil dat de schuld is geroyeerd. Drie zegels waarvan twee verloren en één beschadigd. Transcriptie door H.J. Postema, september 2021.
Reden geen uitleen:
Dit stuk is gedigitaliseerd
Volgnummer:
2 van 4
laatste wijziging 08-07-2021
totaal 1 bestand
386 Familie De Wijkerslooth de Weerdesteyn
618 Akte, voor Geerloff Vervoorn, schout, Matheus Jacobsz van der Ducht en Arijen Arijensz Moerkercken, schepenen van Piershil, waarbij Reijnierius Vervoren, predikant, verklaart schuldig te zijn aan Johan Duijst van Voorhout, oud-burgemeester van Delft, 4000 gulden met als onderpand een derde deel van 22 morgen land in Nieuw Piershil, gemeen liggend met de weduwe van dominee Johannis Snellius en de kinderen van Leonart Oppervelt, alsmede 4 morgen land in Klein Piershil, met ten oosten Duijst van Voorhout, ten zuiden Sara Snellius, ten westen Albert van der Graeft en ten noorden de weduwe van dominee Snellius, 28 augustus 1656
Datering:
28 augustus 1656
Omvang:
1 charter
Opmerkingen:
Op de andere zijde ongedateerde aantekening van Maria Duijst van Voorhout, vrouwe van Renswoude, dat zij de schuld heeft voldaan, alsmede aantekening dd. 3 februari 1718 van de secretaris van Piershil dat de schuld is geroyeerd. Drie zegels waarvan twee verloren en één beschadigd. Transcriptie door H.J. Postema, september 2021.
Reden geen uitleen:
Dit stuk is gedigitaliseerd
Volgnummer:
3 van 4
laatste wijziging 08-07-2021
totaal 1 bestand
386 Familie De Wijkerslooth de Weerdesteyn
618 Akte, voor Geerloff Vervoorn, schout, Matheus Jacobsz van der Ducht en Arijen Arijensz Moerkercken, schepenen van Piershil, waarbij Reijnierius Vervoren, predikant, verklaart schuldig te zijn aan Johan Duijst van Voorhout, oud-burgemeester van Delft, 4000 gulden met als onderpand een derde deel van 22 morgen land in Nieuw Piershil, gemeen liggend met de weduwe van dominee Johannis Snellius en de kinderen van Leonart Oppervelt, alsmede 4 morgen land in Klein Piershil, met ten oosten Duijst van Voorhout, ten zuiden Sara Snellius, ten westen Albert van der Graeft en ten noorden de weduwe van dominee Snellius, 28 augustus 1656
Datering:
28 augustus 1656
Omvang:
1 charter
Opmerkingen:
Op de andere zijde ongedateerde aantekening van Maria Duijst van Voorhout, vrouwe van Renswoude, dat zij de schuld heeft voldaan, alsmede aantekening dd. 3 februari 1718 van de secretaris van Piershil dat de schuld is geroyeerd. Drie zegels waarvan twee verloren en één beschadigd. Transcriptie door H.J. Postema, september 2021.
Reden geen uitleen:
Dit stuk is gedigitaliseerd
Volgnummer:
4 van 4
laatste wijziging 08-07-2021
totaal 1 bestand