Archieven

Stel een vraag of plaats een opmerking op de tijdlijn

Duurzaam webadres

Mijn Studiezaal

Reageren

Stuur een reactie naar Regionaal Archief Zuid-Utrecht

Inleiding

De inventaris van K. Heeringa uit 1927 is in 2022 door Herman Postema geheel herzien. Hierbij is de toegang hernummerd. Zie voor een vergelijking van de oude en de nieuwe nummers de bijgevoegde concordans.

1. Aanwijzingen voor de gebruiker

laatste wijziging 18-07-2023

3.607 beschreven archiefstukken

327 gedigitaliseerd

totaal 9.998 bestanden

Delen

Doorsturen per email

Stel een vraag of plaats een opmerking op de tijdlijn

Duurzaam webadres

Mijn Studiezaal

Reageren

Stuur een reactie naar Regionaal Archief Zuid-Utrecht

Inventaris

1. Archief van het stedelijk bestuur

2. Gedeponeerde archieven

2.1. Archief van de kerkmeesters

2.1.1. Stukken van algemene aard

2.1.2. Beheer der goederen

904-921 Leenbrieven ten behoeve van de kerk; met retroacta

904 Johan van Arkel, bisschop van Utrecht, verklaart dat Wouter Ghevartsz van Rhenen hem opgedragen heeft het borgleen dat hij en zijn vader ter Horst van hem hielden, genaamd Ghevartswaard, gelegen bij de vorder, en dat hij dat verleend heeft aan zijn oudste zoon, bij Belie Willems Lubartsdochter verwekt; uitgezonderd dat Jutte Wouters moeder en Jutte zijne zuster daaruit per jaar 9 pond zwarte tournoisen hebben i

905 Johan van Arkel, bisschop van Utrecht, verklaart dat Johan van Diest hem opgedragen heeft de waard te Remmerden en dat hij die als borgleen van de Horst gegeven heeft aan Aelbrecht van Hemerten i

906 Johan van Virnenburg, bisschop van Utrecht, verklaart dat Willam Vleminc van Hemerten aan Enghelen, zijn vrouw, Ghisebrecht Grawaerdsdochter, tot haar lijftocht gegeven heeft de waard bij Remmerden met de vorder in de Rijn, welke waard hij van hem in leen heeft i

907 Arnoud van Hoorn, bisschop van Utrecht, verklaart dat Willam Vleminc van Hemerten aan Enghelen Ghisebrecht Grawaertsdochter, zijn vrouw, de waard te Remmerden tot haar lijftocht gemaakt heeft, welke waard hij van hem in leen heeft i

908 Frederic van Blankenheim, bisschop te Utrecht, verklaart dat Johan Borre van Hemerten met zijn toestemming het goed te Remmerden, dat hij van hem in leen heeft en een borgleen van ter Horst is, aan Aleijde, zijn vrouw, tot een lijftocht gemaakt heeft i

909 Roedolph van Diepholt, bisschop van Utrecht, verleent Adriaen Velkener, ten behoeve van de erfgenamen van Willam van Hemerten en zijn rechte leenvolgers, het goed te Remmerden i

910 Roedolph van Diepholt, bisschop te Utrecht, verklaart dat Adriaen Velkener aan Willam van Hemerten het goed te Remmerden gedurende zijn leven tot een rechte lijftocht gegeven heeft i

911 Roedolph, bisschop van Utrecht, verklaart, dat Willam van Hemerten aan Johan van Zuylen overgegeven heeft de lijftocht die hij had aan het goed te Remmerden i

912 David van Bourgondië, bisschop van Utrecht, verklaart dat Arnt van Hemerten hem opgedragen heeft het goed te Remmerden en dat hij dat daarna verleend heeft aan Johan van Hemerten i

152 Stadsbestuur Rhenen

Inventaris

2. Gedeponeerde archieven

2.1. Archief van de kerkmeesters

2.1.2. Beheer der goederen

904-921 Leenbrieven ten behoeve van de kerk; met retroacta

Delen

Doorsturen per email

Stel een vraag of plaats een opmerking op de tijdlijn

Duurzaam webadres

Mijn Studiezaal

Reageren

Stuur een reactie naar Regionaal Archief Zuid-Utrecht

912

David van Bourgondië, bisschop van Utrecht, verklaart dat Arnt van Hemerten hem opgedragen heeft het goed te Remmerden en dat hij dat daarna verleend heeft aan Johan van Hemerten

22-3-1462

Opmerkingen:

Transcriptie door H.J. Postema, april 2016.

Reden geen uitleen:

Dit stuk is gedigitaliseerd

Doorzoek alle bestanden van dit stuk

Gebruik CTRL + scroll om te scrollen

laatste wijziging 16-05-2022

1 gedigitaliseerd

totaal 4 bestanden

913 David van Bourgondië, bisschop van Utrecht, verklaart, dat Aernt van Hemerten hem opgedragen heeft het goed te Remmerden en dat hij dat daarna verleend heeft aan Johan van Hemerten, neef van Aernt i

914 Frederich, bisschop van Utrecht, verklaart, dat Aernt Borre van Hemerten hem opgedragen heeft het goed Remmerden en dat hij dat daarna verleend heeft aan Peter Freysen van Dolre, ten behoeve van de St. Cunerakerk te Rhenen i

915 Claes Lijster en Bernt van Wijck, schepenen te Rhenen geven vidimus van een brief van 19 september 1440, waarbij Aelbert van Pluderen belooft aan Willam van Hemert zeker kleiland, gelegen te Remmerden, te zullen overgeven, zodra hem of zijn erfgenamen 100 Bourgondische schilden zullen zijn uitbetaald i

916 De Staten van Utrecht belenen Mr. Adriaen van Stoutenborch, na de dood van Jan de Keyser, ten behoeve van de St. Cunerakerk met het goed te Remmerden i

917 De Staten van Utrecht belenen Frans van Ewijck, ten behoeve der St. Cunerakerk met het goed Remmerden i

918 De Staten van Utrecht belenen, na den dood van Frans van Ewijck, Alart van Harn, ten behoeve der St. Cunerakerk, met het goed te Remmerden

919 De Staten van Utrecht belenen na de dood van Alardt van Harn Dirck Vonck van Lienden, ten behoeve van de St. Cunerakerk, met het goed Remmerden i

920 Ernst Frederik, hertog van Saxen-Hildburghausen, graaf van Culemborg, beleent Gerard van Swol, burgemeester van Rhenen, ten behoeve van de kerk aldaar met 2 morgen van een kamp land in de Mars, geheten de Hogemate i

921 Willem van Oranje, erfstadhouder, mitsgaders de Staten van Utrecht belenen Jacobus Sandbrink, raad en schepen te Rhenen, ten behoeve van de St. Cunerakerk met het goed Remmerden i

922-949 Transport- en koopbrieven van landerijen en goederen ten behoeve van de kerk; met retroacta

950 Akte waarbij Lente van Heze geld schenkt aan de kerk, 2-2-1417 i

951-954 Erfpachtbrieven, waarbij de kerk goederen in erfpacht geeft, of deze van de kerk in erfpacht worden genomen

955-960 Erfrentebrieven ten behoeve van de kerk

961-968 Rentebrieven ten behoeve van de kerk

969-974 Erfpachtbrieven, waarbij de kerk tienden en een hofstede met land in erfpacht ontvangt

975 Minuten en concepten van obligaties gevestigd op de kerk te Rhenen of door deze opgenomen, 1516-1742

976 Rentebrief van 12 Carolus-gulden 's jaars, gaande uit een kamp kerkeland gelegen onder Remmerden, 24-3-1555 i

977-978 Pachtcedullen van kerkenlanden

979 Stukken betreffende het proces voor het Hof te Utrecht tussen juffrouw Johanna van Eck, wed. Herman Benger en de kerkmeesters van Rhenen, over een stuk land genaamd Berchland op Remmerden; met retro-akten, 1578 i

980 Gerechtsbrief van de Marsch, waarbij landerijen, toebehorende aan de kerk, worden toegewezen aan Adriaen Willemsen ter voldoening van een schuld; met retroacta, 14-2-1515, 10-1520, 19-11-1580 i

981 Stukken betreffende het proces, gevoerde voor het Hof te Utrecht tussen jhr. Henrick Benger te Harderwijk en de kerkmeesters van Rhenen, over land te Remmerden, 1588

982 Verhandeling opgesteld door Anthonius van Kuyck betreffende het recht, dat de kerk te Rhenen kan doen gelden op het tiendgewas van de Clinckhamersweerd, 1589

983 Kaartboek van Marcelis van Oort van landerijen in eigendom behorende aan de Cunerakerk en de vicarie te Rhenen, 1602

984 Voorwaarden voor de verkoop of verpachting van landerijen en verdere bezittingen van de kerk, 1610-1808

985 Erfpachtbrief van anderhalve morgen, 120 roeden land bij de Clinckwetering, 8-7-1613 i

986 Aantekeningen betreffende de verkoop en de verpachting van tienden toebehorende aan de Cunerakerk, 1631-1809, z.j

987 Kladaantekeningen betreffende de huislieden die kerkenland in pacht hebben onder Remmerden, 1671, 1677

988 Extraordinaire rekening van de heren gecommitteerden tot de stads- en kerkenzaken, betreffende de verkochte kerken- en gasthuisgoederen, over de jaren 1698-1699

989 Gedrukte verkoopvoorwaarden van kerk- en gasthuisgoederen, 1699

990 Bijlagen behorende tot de extraordinaire rekening van verkochte goederen van kerk, gast- en weeshuis van 1700, 1653-1700

991 Pachtvoorwaarden en pachtcontract van 16 morgen land in de Marsch, behorende aan een vicarie in de kerk van Rhenen, waarvan de vruchten voor eenderde genoten worden door de stad, 1726-1826

992 Reglement betreffende de directie en de administratie van de goederen toebehorende aan de kerk, het gasthuis en het weeshuis, 18e eeuw

993 Lijsten van de fondsen, inkomsten en bezittingen van de Cunerakerk, opgemaakt op bevel van koning Lodewijk, 1809-1810

2.1.3. Onderhoud van de kerk

2.1.4. Financiën

2.2. Archief van de wees- en gasthuismeesters

2.3. Archief van de richters van de hoge heerlijkheid De Marsch

2.4. Archief van dijkgraaf en heemraden van de hoge heerlijkheid De Marsch

3. Stukken waarvan het verband met dit archief niet is aangetoond

4. Concordans

laatste wijziging 18-07-2023

3.607 beschreven archiefstukken

327 gedigitaliseerd

totaal 9.998 bestanden

Delen

Doorsturen per email