Archieven

Uw zoekacties: Stadsgerecht Rhenen

066 Stadsgerecht Rhenen

beacon
 
 
Naar boven om te zoeken
066   Stadsgerecht Rhenen
Inleiding
1. Stadsgerecht
2. Archief en inventaris
3. Aanwijzingen voor de gebruiker
4. Literatuur en bronnen
laatste wijziging 09-01-2024
15.229 beschreven archiefstukken
21 gedigitaliseerd
totaal 156 bestanden
Inventaris
1. Criminele rechtspraak
2. Civiele rechtspraak
3. Vrijwillige rechtspraak
282 Lijst van transporten, gepasseerd voor het stadsgerecht in de jaren 1640 en 1641
283-384 Minuten van transporten, plechten, testamenten en overige door de schepenen opgemaakte akten, en enkele interrogatoiren
385-440 Protocollen van transporten, plechten en overige door de schepenen opgemaakte akten
441-444 Koopcondities betreffende openbare verkopen van bij de Bank van Lening beleende goederen en panden
445 Protocol van transport, 1803-1805
446 Minuten van boedelscheiding en akten van boedelscheiding die niet door schepenen zijn opgemaakt, 1623-1805
447-448 Protocollen van boedelscheiding
449-461 Minuten van plechten en andere aken van bezwaar
462-467 Protocollen van plechten en andere akten van bezwaar
468 Protocollen van plechten, 1803-1805
469 Kwitanties van de 40ste penning behorende bij transporten en plechten, 1661-1801
470-471 (Authentieke afschriften van) akten inzake verkoop en procuratie behorend bij transporten en plechten
472-474 Minuten van testamenten en enkele andere akten
475-477 Protocollen van testamenten
478-483 Protocollen van attestaties en interrogatoiren
484 Tolbrieven afgegeven aan burgers van de stad door het gerecht en de magistraat, 1701-1797 i
485-486 Minuten van certificaten afgegeven door de secretaris, door het gerecht en door de magistraat
485 1687-1752
4-1-1687: De secretaris verklaart dat op 6-8-1670 Johan van Wijckersloot Medisch Doctor, als gemachtigde van Jurriaen Vos van Roelingsweert, luitenant, volgens procuratie van 13-2-1670, heeft schuldig bekend aan Egidius van Muijden, advocaat voor het Hof van Utrecht, 800 gulden met als onderpand 30 morgen land genaamd De Harst met het schaapschot daarop staande, het heiveld en een deel in het bos boven Remmerden en een huis aan de Bergpoort. Dit huis en land is op 11-5-1655 door Willem Ploos van Amstel, heer van Langesteijn t.b.v. het kapittel van Oudmunster te Utrecht voor 1718 gulden veronderpand, maar op 1-4-1667 gequiteerd.
z.j.: Het gerecht verklaart op verzoek van Dirck Vonck van Lienden dat hij in Rhenen woont.
26-6-1699: De secretaris verklaart dat hij geen hypothecaire akten gevonden heeft van Dirck Hendricksz van de Wael of Jan Lucasz van Elder op zijn land.
30-11-1699: De secretaris verklaart dat hij geen hypothecaire akten gevonden heeft van 300 gulden op naam van Henrick van Rietbeeck, die zou zijn gepasseerd op 20-4-1620.
30-10-1699: De secretaris verklaart op verzoek van Maes Jansz, smid te Rhenen, dat op 28-10-1661 de weduwe van Gerrit Gerritsz van Bronckhorst heeft gevestigd t.b.v. Geertruijt Noest, weduwe van Cornelis Pieters van Rijsoort, 1000 gulden met als onderpand o.a. haar huis in Rhenen. En dat op 26-12-1663 Hendrick van Swoll, in leven schepen, en zijn vrouw 500 gulden hebben opgenomen van Petronella van der Poel op hetzelfde huis. En dat op 2-4-1698 het eerste kapitaal is overgegeven aan Gerard van Zwol.
30-12-1699: De secretaris verklaart dat de efgenamen van Jacob Woutersz van Essen op 25-7-1685 door procureur Amerongen als gemachtigde hebben laten registeren een maaggescheid van 21-3-1682 waarbij o.a. Hendrick Jacobsz van Essen als mede-erfgenaam beloofd in de gemene boedel te zullen inbrengen 1000 gulden.
12-2-1700: De secretaris verklaart dat hij geen hypothecaire akten gevonden heeft van Jacob Verweij dan alleen op 3-5-1690 met 250 gulden t.b.v. juffrouw De Koning, op een boomgaardje buiten de Bergpoort.
17-5-1701: De secretaris verklaart op verzoek van de weduwe van brouwer Frans Palmers dat op 23-4-1686 Frans en zijn vrouw hebben gevestigd in hun 1/4 deel van de Bruijnswaart t.b.v. het weeshuis 800 gulden. Op 23-4-1686 heeft ook Willem Palmers, vader van Frans, in de gehele waard gevestigd 4500 gulden t.b.v. Johan van der Meer te Utrecht. Op verzoek van Naleken en Elisabeth Palmers verklaart de secretaris hetzelfde.
circa 1700: De secretaris verklaart dat de waarden toekomende overste Stuart gelegen bij de Grebbe alleen bezwaard zijn met 1400 gulden t.b.v. mevrouw Ubing te Utrecht, volggens akte vsn 29-7-1699 en de Levendaalsewaard met 4000 gulden als resterende kooppenningen waarvan 13-9-1699 een kustingbrief is gepasseerd.
29-3-1702: De secretaris verklaart dat Maes Jansz van Velthuijsen, die sinds 1698 in Rhenen woont, zijn goederen alleen heeft bezwaard met 800 gulden t.b.v. jufrrouw De Koning, op 28-12-1700, en daarvoor verbonden heeft zijn hof en tabaksland met 4 hont lant en zijn huis dat toen ook met 500 gulden was belast, competerende de wedewe Rensen te Amerongen.
27-11-1702: De secretaris verklaart dat hij geen hypothecaire akten gevonden heeft van Geurt Jansz, Jasper Dircksz of Jan Jaspersz.
7-10-1705: De secretaris verklaart dat Nicolaes Brossaert, in leven kapitein-luitenant in het regiment van overste Driesbergen, op 8-9-1705 is overleden aan een wond aan zijn hoofd door een slag van de zwengel van de molen.
13-10-1705: De secretaris verklaart dat Catharina de Vael, huisvrouw van Arien Bolderman, die in 1698 van de kamer van Zeeland naar Oost-Indië is gevaren op het schip Frijburgh, nog leeft en in Rhenen woont.
12-10-1705: De secretaris verklaart op verzoek van Henrick van Wijckersloot, oud-burgemeester en schepen, niet gevonden te hebben dat Margareta van Heukelom, wed. Coenraet Klerck, in leven raad-secretaris van Nijmegen, enig maaggescheid heeft laten registreren.
26-3-1706: De secretaris verklaart dat heden door de omroeper van de stad is omgeroepen dat zij die enige pretensie hebben op N. Mumont, luitenant in het regiment van Lanquedocq, en krijgsgevangen te Rhenen, dat moeten aanbrengen. Er is niemand gekomen.
16-10-1706: De secretaris verklaart dat luitenant Fredrick Ernst van Rhede leeft en in Rhenen woont.
5-11-1706: De secretaris verklaart dat Marta Hillegonda Clerck, huisvrouw van luitenant Johan Palmert, leeft en in Rhenen woont.
13-12-1706: De secretaris verklaart dat Aelbert de Beer, sergeant onder de compagnie van dhr. Amerongen onder het regiment van generaal-luitenant Dedena, verklaart Anthonij van Guttichoven in dienst te hebben aangenomen voor 2 jaren op 6 ducatons 35 stuivers per week, een paar schoenen zodra hij in garnizoen komt en nog een paar daarna en een hemd en vrije montering zonder korting op zijn wekelijks tractement.
29-1-1707: De secretaris verklaart dat Jean Dreuet knecht is van dhr. Les Camoussier, kapitein in het regiment de Lanquedoc, krijgsgevangen te Rhenen. Hij krijgt toestemming om een keer naar Frankrijk te reizen om de zaken van zijn heer waar te nemen.
3-2-1707: De secretaris verklaart dat Catharina de Vael, huisvrouw van Adriaen Bolderman, die in 1698 met het schip Frijburg van Middelburg naar Oost-Indië is gevaren, nog leeft en in Rhenen woont.
8-2-1707: Het gerecht verklaart op verzoek van Adrianus Luijten als borg voor Maes Jansz van Velthuijsen als gewezen pachter van de impost op het gemaal over 1702 dat hem nog heugt dat Maes zijn uiterste best heeft gedaan dat de impost op het kantoor zou komen, zelfs zo ver dat Adriaen door Maes met een mes zozeer is verwond . Hij is niet in staat om het restant van de impost te betalen.
1-3-1707: De secretaris verklaart dat burgemeester Van Dolder de administratie van de kerkegoederen van 1703-1705 heeft gehad en dus van de Domeinen van Utrecht te pretenderen heeft jaarlijks 6-13-8 wegens een kapitaal van 200 gulden. Hij is in die administratie opgevolgd door Anthonij de Vrind.
12-4-1707: Het gerecht verklaart dat Jan van Brinck, Jan van Leeuwen, Christoffel Righold, Jacob van Maenen, Jacob Verweij, Robbertus van Prattenburg, Peter van Brummen, Maes Jansz van Veldhuijsen, Adriaen Luijten en Willem van Middelwijck insolvent zijn en in zodanige decadentie dat zij onmachtig zijn om hun schulden te volden.
4-5-1707: De secretaris verklaart dat dhr. Lescamoussier, kapitein het het regiment infanterie de Lanquedoc, in Rhenen van die tijd af dat hij in de slag bij Hochstet krijgsgevangen is geweest, zich altijd goed heeft gedragen.
29-7-1707: De secretaris verklaart dat Dirck van Hattem tot de administratie van de kerkengoederen van 1707-1709 is aangesteld en dus van de Domeinen van Utrecht te vorderen heeft jaarlijks 6-13-8 wegens een kapitaal van 200 gulden.
1-8-1707: Jan Petersz van Coten en Joost Dircksz verklaren dat zij Reijer Arissen, won. Doorn, wiens moeder was Evertje Reijers, Hendrick Woutersz, won. Achterberg, wiens moeder was Ariaentje Breunis Geurts, en Elisabeth Branden van Pothoven, won. Heusden, wier moeder was Hendrickje Harms, goed kennen en dat zij nog leven.
5-10-1707: De secretaris verklaart dat luitenant Fredrick Ernst van Rhede leeft en in Rhenen woont. Dat verklaart hij op 7-1-1708 opnieuw.
18-11-1707: De secretaris verklaart dat Catharina de Vael, huisvrouw van Adriaen Bolderman, die in 1698 met het schip Frijburgh van Middelburg naar Oost-Indië is gevaren, leeft en in Rhenen woont.
14-11-1707: De secretaris verklaart dat Elisabeth Klerck leeft en in Rhenen woont. Dat verklaart hij ook op 4-6-1709.
16-1-1708: Johan van Deventer, oud-burgemeester, en Huijbert van Deventer, secretaris, verklaren dat dhr. Barly, krijgsgevangen luitenant onder het regiment van de carabiniers van Beijeren, zonder orders of paspoort is vertrokken.
17-4-1708: Het gerecht verklaart dat Adriaen Verhuet en Andries Fransz leven en in Rhenen wonen maar impotent zijn om in persoon voor de Staten van Utrecht te verschijnen.
17-7-1708: Cornelis Hendricksz en Willem Arrisz, won. Achterberge, verklaren dat Hendrick Woutersz, zoon van Wouter Hendricksz en Adriaentje Geurts, mitsgaders Reijer Arrisz, zoon van Arien Reijersz en Barbara Dircksz, nog leven en dat Elisabeth van Pothoven, dochter van Brand van Pothoven en Hendrickje Herms, op 8-5-1708 te Heusden in de Nederbetuwe is overleden.
5-3-1709: De secretaris verklaart dat Abraham Rensen, kapitein d'armes onder de compagnie van kapitein Steuart, in het regiment van wijlen kolonel Sichterman, garnizoen houdende te Oudenaarden, enige tijd in Rhenen heeft vertoefd omdat de wegen onbruikbaar waren en wegens zijn moederlijk versterf.
11-4-1709: De secretaris verklaart dat het huis van Cornelis van der Steen op 23-2-1708 voor het enkel en dubbel huisgeld en haardstedegeld publiek door de exploicteurs is verkocht aan Evert de Vrindt voor 40 gulden.
6-5-1709: De secretaris verklaart dat Willem Huijbertsz van Griethuijsen en zijn vrouw Gerrigje Jans, door medelijden bewongen zijnde, lange jaren totdat hij zijn eigen kost kon verdienen, hebben opgevoed Frans Jansz, die nu onlangs te Veere in Zeeland is overleden, 9 jaren oud zijnde hem met hun eigen kinderen van kost en kleren altijd voorzien en laten leren in hetgeen zij dienstig oordeelden te behoren.
22-5-1709: Tolbrief voor Willem Wichertsz.
2-6-1709: Tolbrief voor Harmen Hendricksz, bode van Rhenen op de legers van de geallieerden.
13-7-1709: De secretaris verklaart dat Christoffel Tobias op 16-6-1709 door de generaal krijgscommissaris van de Paltse troepen is gearresteerd en verzocht om 14 dagen te detineren. Hij is op 9 juli vrij gelaten door het gerecht. Mathias Freijdagh, korporaal onder de handgrenadiers van de Paltz, met nog 6 andere handgrenadiers zijn op 11 juli gekomen om Tobias op te halen. Zij zijn 14 juli vertrokken.
18-7-1709: De secretaris verklaart dat dhr. Collas, luitenant ondr het regiment Gras Bois grenadiers, door de Staten-Generaal naar Rhenen is gestuurd. Hier is hij gearresteerd wegens zijn schulden.
21-7-1709: Hendrick Rijcksz en Willem Arrisz verklaren dat Hendrick Woutersz, won. Achterberg, wiens moeder is Adriaentje Geurts, en Reijer Arrisz, won. Doorn, wiens moeder was Barbara Dircks, nog leven.
23-8-1709: De secretaris verklaart dat doctor Isaacq van den Bergh, wiens moeder was Margarita Vorstermans, nog leeft.
11-9-1709: De secretaris verklaart dat Margarita Josina de Lilie, huisvrouw van Christoffel Hendrik Wollegast, en haar zoon Gijsbertus Christoffel Wolffgast, leven en in Rhenen wonen.
24-9-1709: De secretaris verklaart dat Jeriphaes de Cruijff een oude vos toont die hij op het Konincks Tafelse bos heeft geschoten.
22-10-1709: De secretaris verklaart dat Gijsbert Stoffelsen een oude vos toont die hij op de Vordel heeft geschoten.
3-5-1710: De secretaris verklaart dat Neeltje Jacobs, wed. Robbert Jansz, verklaart te consenteren dat haar zoon Jacobus van den Bergh, won. Amsterdam, daar gaat trouwen.
9-5-1710: De secretaris verklaart dat hij het huis van Cornelis van Bruijnsweert, dat schepen Roghair op 4-3-1710 van de Staten van Utrecht in koop heeft verkregen, heeft doorzien en niets bevonden dan een schoorsteen.
9-5-1710: De secretaris verklaart dat de substituutschout Budding een jonge vos toont die hij heeft geschoten op het Konings Tafelse bos.
16-5-1710: De secretaris verklaart dat Gerrigje Bronkhorst een jonge vos toont die haar broer Anthonie Bronkhorst heeft geschoten in het Konings Tafelse Bos.
25-7-1710: Jan Jansz en N.N. Hendricksz verklaren dat Hendrick Woutersz, won. Achterberg, wiens moeder is Ariaentje Geurts, en Reijer Arrisz, won. Doorn, wiens moeder was Barbara Dircks, nog leven.
26-8-1710: De secretaris verklaart dat Johanna Kupius, wed. N. Daniels, wiens moeder was Maria Roest, leeft en in Rhenen woont.
29-9-1710: De secretaris verklaart dat Jeriphaes de Kruijff een vos toont die hij heeft geschoten in het Koningstafelsebos.
6-10-1710: De secretaris verklaart dat Aelbert Jansz een otter toont die hij in Veenendaal heeft gevangen.
17-10-1710: De secretaris verklaart dat commissaris Laqueman heeft op 16-10-1710 de schulden van luitenant onder Wolfranstorff geteld op 787-14.
2-1-1711: De secretaris verklaart dat Hendrik Klerck, gewezen luitenant onder het regiment van generaal-majoor Woudenbergh, leeft en in Rhenen woont.
23-3-1711: De secretaris verklaart dat heden een omroep is gedaan dat allen die iets te pretenderen hebben ten laste van de krijgsgevangen Spaanse officier Wijckersloot, wachtmeester onder het regiment van Beaufort, zich moeten melden. Alleen burgemeester Van Deventer heeft zich gemeld wegens geleverd bier voor 4-17-8 en oud-schepen Boonzaaijer met 14 gulden wegens kamerhuur. En aan dhr. Abrahams 20 gulden.
13-5-1711: De secretaris verklaart dat dhr. Boffiaux, cornet onder het regiment van Heijder in Spaanse dienst, met zijn vrouw Levinia Boffiaux, te Rhenen, waar hij krijgsgevangen is, zich goed hebben gedragen en geen schulden hebben.
28-5-1711: De secretaris verklaart dat dhr. Doly, luitenant onder het regiment carabiniers van Beijeren in 's vijands dienst enige jaren herwaarts te Rhenen krijgsgevangen officier is geweest en dat nog is, omdat hij geen paspoort kan krijgen om te vertrekken.
16-6-1711: De secretaris verklaart dat Johan Nepaur, luitenant onder het regiment van Lacatellii in dienst van Beijeren, enige jaren krijgsgevangen is geweest te Rhenen. Hij heeft nog een schuld vn 540-18.
7-7-1711: De secretaris verklaart dat Hendrik Klerck, gewezen luitenant onder het regiment dat generaal-majoor Nassau-Woudenberg tegenwoordig heeft, tot deze tijd toe niet is gerenplaceerd en nog in Rhenen woont.
22-9-1711: De secretaris verklaart dat Dirk van Ommeren, voerman, toont een otter die hij bij de Grebbe heeft gevangen.
3-3-1712: De secretaris verklaart dat Josina de Vael toont een akte van schuldbekentenis of transport voor notaris Steph. Pugrom te Amsterdam op 22-10-1709 gepasseerd door Adriaen Bolderman t.b.v. Johan van Hoeven, van 150 gulden. Zij verklaart hiervoor berechtigd te zijn als weduwe van Johan van Hoeven.
4-2-1712: De secretaris verklaart dat Hendrik van Wijckersloot, oud-burgemeester en schepen, leeft nog en woont in Rhenen.
21-6-1712: De secretaris verklaart dat Aert van Bronckhorst toont een vos die hij in het Koningstafelsebos heeft geschoten.
15-6-1713: De secretaris verklaart dat Roelof Vermeer, deurwaarder, en Gerrit Bolderman verklaren dat Johanna de Vael, wiens moeder was Elisabeth Beddis, leeft en in Rhenen woont.
21-10-1713: De secretaris verklaart dat Geurt van Manen en Huijbert van IJsendoorn verklaren dat Andries Fransz enige weken geleden zie is geweest en zich tegenwoordig nog niet wel bevindt, waarom hij ook omdat hij een houten been heeft, niet op de monstering van de Staten te Utrecht kan komen.
9-3-1714: Het gerecht verklaart op verzoek van Cornelia van Ommeren, huisvrouw van Prenbergh, krijgsgevangen cornet onder het regiment van dhr. Ares, dat diens schulden van 1043-3-4, o.a. aan Pieter Golens 49-3-4 en aan juffr. Prenbergh 984 gulden zijn voldaan.
10-4-1715: De secretaris verklaart dat door de gast- en weeshuismeester Arnoldus van Ommeren wegens de schulden van de Beijerse officieren de volgende posten heeft aangebracht: ten laste van Doly, luitenant onder de carabiniers van Beijeren, 490 gulden, Unerte, luitenant onder het regiment van Wolfranstorf, 54 gulden, Nepaur, luitenant onder hetzelfde regiment, 121 gulden.
2-12-1715: Het gerecht verklaart dat Jannigje Vermeer, wed. Jan van Driel, in leven voerman te Rhenen, van een geheel sobere conditie is en niets in bonis heeft, en wegens haar hoge jaren naar verwachting in de grootste armoede zou vervallen tenzij Hendrick Ariensen, getrouwd met haar dochter, haar niet hielp. Daarom krijgt hij de voermansplaats niet absoluut opdat hij zijn schoonmoeder niet in de steek zou laten.
21-1-1716: Het gerecht verklaart dat bij Christoffel Wicherts, Willem Ewidden, Cornelis van Ochten, Ewid Aelbertsz en Wijeris van Kesteren in 2-1715 door de contagieuse ziekte de volgende koeien zijn dood gegaan: bij Christoffel 3 en een kalf. Bij Willem 2 en een kalf. Bij Cornelis 1 en een kalf. Bij Ewid 1 en een kalf. Bij Wijeris 1 koe.
13-6-1716: Het gerecht verklaart dat Balthazar Smissaart, hoofdschout van Rhenen, x Angelica Vonk van Lienden, attesteren dat op 24-11-1708 is begraven in de kerk te Rhenen juffrouw Ceré.
15-6-1716: De secretaris verklaart dat Aart van Manen en Geurt van Manen verklaren dat Andries Fransen wegens een houten been niet in staat is om voor de Staten van Utrecht te verschijnen.
3-7-1716: Het gerecht verklaart dat er geen andere erfgenamen zijn van mr. Jacob de Koning dan de kinderen van mr. Johan Kupius, genaamd Maria Kupius x Jacob Adolph Brossart, cornet in het regiment van dhr. Van Ginkel, Jacoba Kupius x Willem Adriaen Bouwensch, oud-burgemeester van Arnhem, Johan Kupius, minderjarig. Jacob de Koning is in Rhenen overleden.
27-9-1718: Het gerecht verklaart dat de weduwe van Jacob Aertsz, won. Achterberg, van haar jeugd tot nu naarstig is geweest. Door een ongeluk is op 20-9-1718 haar hele huis met inboedel afgebrand. Een ieder wordt verzocht mildelijk te geven zodat zij weer haar huis kan opbouwen.
10-11-1722: Het gerecht verklaart dat Elsje Klaes, wed. Verhoeff, won. Veenendaal, een gans arme en onmachtige vrouw is die geen goederen heeft. Hierom zal zij pro Deo bediend moeten worden in het proces voor het Hof van Holland tegen Pieter Anthonij Meuleman als rentmeester van St. Catharinagasthuis te Grave.
22-4-1727: De secretaris verklaart dat Roelof Vermeer, deurwaarder, is vader van Jan Vermeer, die uit Rhenen met het schip Mijnden in 1715 is gevaren naar Oost-Indië en volgens bericht op 29-3-1719 zonder testament in het hospitaal te Batavia is overleden. Hij verzoekt de te goede zijnde penningen aan Frans Vermeer te betalen.
23-9-1726: Het gerecht verklaart dat op vrijdag 6-9-1726 's avonds in Rhenen brand is ontstaan waardoor 2 huizen met het grootste deel van de meubels en het grootste deel van het linnenweversgereedschap van Hendrik Gerritsz van der Horst, is verbrand, waardoor hij buiten staat is geraakt om zijn kost te winnen en zijn vrouw en kinderen te onderhouden. Het gerecht verzoekt een ieder om mild te geven.
16-9-1728: De secretaris verklaart dat Balthasar Smissaert, hoofdofficier, wiens moeder was Constantia Coeijmans, leeft en in Rhenen woont.
16-10-1732: De secretaris verklaart dat Maria van Wijk als gemachtigde van Johan van Wijk, vaandrig, mitsgaders Jacobus van Langeveld als gemachtigde van Jacob van Berk, op 12-9-1731 hebben getransporteerd aan Cornelis van Burken het rauw en uitgebaggerde land genaamd Suijkengoed gelegen aan het Benedeneind in Veenendaal, groot 4,5 morgen bou- en weiland en water. En op dezelfde dag aan Sander Jansen Clomp een stuk goed genaamd Ewittengoed aan het Benedeneind van Veenendaal, groot 7,5 morgen bouw- en weiland, baggerveld en water.
29-8-1744: Tolbrief voor Hendrik van Ginkel, soldaat onder het regiment van generaal-majoor De Bedarides onder de compagnie van majoor Ruijsch. Hij zegt te Gent in het hospitaal te hebben gelegen en zich nu in Rhenen bevind om met zijn vrouw naar het geallieerde leger te Vlaanderen te vertrekken en zich bij zijn regiment te vervoegen.
9-9-1745: Akte van indemniteit van Rhenen naar Utrecht voor Johannes Meessen.
21-6-1745: De secretaris verklaart op verzoek van Willem van den Berg en Johannes van Vastrik, pachters van een uiterwaard genaamd de Middelweert, gelegen tegenover de stad, in de provincie Gelderland, dat deze waard voor de helft door hen wordt geweid en voor de andere helft gehooid. De besmettelijke ziekte is daar nog niet geweest. De inwoners van de stad kopen doorgaans dit hooi omdat er niet genoeg uiterwaardshooi is.
4-2-1746: Akte van indemniteit van Rhenen naar Pernis voor Marritje Busquint.
20-11-1747: Akte van indemniteit van Rhenen naar Zeist voor Geertruijd van Santen, wed. Hendrik de Blaauw, met haar zoon Willem Hendriksen de Blaauw.
4-4-1747: Akte van indemniteit van Rhenen naar Bodegraven voor Rijk Jansen.
29-7-1748: Akte van indemniteit van Rhenen naar Utrecht voor Johannes van Banebos.
23-9-1749: Het gerecht verklaart dat Geertruijd van Glebbig, won. Veenendaal, onvermogend is.
8-1749: Akte van indemniteit van Rhenen naar Velsen voor Jan van Ree.
10-3-1749: Akte van indemniteit van Rhenen naar Woudenberg voor Hendrik Willemsen.
3-2-1749: Akte van indemniteit van Rhenen naar Lopik voor Hendrik van Ewijk, geb. Rhenen.
1-5-1750: Akte van indemniteit van Rhenen naar Amersfoort voor Peter Cornelissen en Petertje Jansen met hun twee kinderen Cornelis en Dirkje.
21-4-1750: Otto van Eeden en Gijsbert van Engelenburg, diakenen te Veenendaal, verklaren dat Rijk Jansen Groeneveld, in de wandeling zo genaamd, maar wiens echte naam is Rijk Cornelissen Groeneveld, een zoon is van de echte man van Lijsbeth Ros, bij wie hij een kind Johanna heeft verwekt, die tot nu toe door de diaconie worden onderhouden. Rijk is op 12-10-1737 met het schip Ruve, stuurman Bellevie, voor de kamer Delft naar Oost-Indië gevaren en op de terugreis overleden.
15-11-1751: Akte van indemniteit van Rhenen naar Rotterdam voor Cornelis van Os.
15-11-1751: Akte van indemniteit van Rhenen naar Amerongen voor Jelis Jansen.
15-11-1751: Akte van indemniteit van Rhenen naar Spaarnwoude voor Hendrik Hendriksen.
26-7-1751: Het gerecht verzoekt Johan Hooreman, klerk ter griffie van de provincie Utrecht, om door de Staten t.b.v. het gerecht van Rhenen 2294-2 in voldoening van hetgeen waarop de landen tot het leggen van het for in de Grebbe, genaamd Rustenburgh, in 1745, daartoe vergraven zijn, te quiteren.
13-7-1751: Tolbrief voor Jan Steijner, die van Rhenen vertrekt naar Frankfurt am Main.
29-4-1751: Akte van indemniteit van Rhenen naar Utrecht voor Rutger Budding.
9-3-1751: Tolbrief voor Johannes Ruijsch.
11-1-1751: Akte van indemniteit van Rhenen naar Waddenoyen voor de twee kinderen van Gerrit van Westrhenen, genaamd Dirk en Johanna.
16-10-1752: Akte van indemniteit van Rhenen naar Utrecht voor Casper de Vrient, geb. Rhenen.
31-7-1752: Akte van indemniteit van Rhenen naar Utrecht voor Jan Breijaan.
30-3-1752: Akte van indemniteit van Rhenen naar Utrecht voor Jan Huijbert van IJsendoorn, geb. Rhenen.
30-3-1752: Akte van indemniteit van Rhenen naar Rotterdam voor Cornelia Luijting, geb. Rhenen.
14-6-1752: Het gerecht verklaart op verzoek van Gijsbert van Brienen, heer tot Levendaal, oud-raad ter admiraliteit van Friesland, hoofdschout en burgemeester van Rhenen, en Gerard van Brienen en Cornelis van Brienen, kapitein, broers, dat uit de huwelijkse voorwaarden van 11-4-1657 blijkt dat er een wettig huwelijk was gesloten tussen Gijsbert van Brienen en Geertruij Vonk van Lienden. Uit dit huwelijk is geboren Dirk van Brienen. Hij trouwde met Anna de Ruijter, zoals blijkt uit een notariële akte van 1-10-1698. Uit dit huwelijk zijn geboren Gijsbert, Johan, Gerard, Anna Magdalena en Cornelis van Brienen, waarvan Johan en Anna Magdalena overleden zijn. Gijsbert van Brienen is 23-1-1732 getrouwd met Margareta Keijser. Zij verwekten Anna Agneta van Brienen, gehuwd met Hendrik Smissaert, regerend burgemeester van Rhenen, Dirk Willem van Brienen, Johan van Brienen en Henrietta Coenrardina van Brienen. Gerard van Brienen is op 12-9-1723 getrouwd te Rotterdam met Catharina Maria le Fort. Zij kregen als kinderen Hermes, Johanna en Jacoba Margareta van Brienen. Cornelis van Brienen, kapitein, trouwde te Rhenen met Machteld Maria Constantia Smissaert. Zij kregen Dirk, Constantia Henrieet, Baltina Carolina, Gijsbert Jan en Jan Carel van Brienen.
066 Stadsgerecht Rhenen
Inventaris
3. Vrijwillige rechtspraak

485-486 Minuten van certificaten afgegeven door de secretaris, door het gerecht en door de magistraat
485 1687-1752
14-6-1752: Het gerecht verklaart op verzoek van Gijsbert van Brienen, heer tot Levendaal, oud-raad ter admiraliteit van Friesland, hoofdschout en burgemeester van Rhenen, en Gerard van Brienen en Cornelis van Brienen, kapitein, broers, dat uit de huwelijkse voorwaarden van 11-4-1657 blijkt dat er een wettig huwelijk was gesloten tussen Gijsbert van Brienen en Geertruij Vonk van Lienden. Uit dit huwelijk is geboren Dirk van Brienen. Hij trouwde met Anna de Ruijter, zoals blijkt uit een notariële akte van 1-10-1698. Uit dit huwelijk zijn geboren Gijsbert, Johan, Gerard, Anna Magdalena en Cornelis van Brienen, waarvan Johan en Anna Magdalena overleden zijn. Gijsbert van Brienen is 23-1-1732 getrouwd met Margareta Keijser. Zij verwekten Anna Agneta van Brienen, gehuwd met Hendrik Smissaert, regerend burgemeester van Rhenen, Dirk Willem van Brienen, Johan van Brienen en Henrietta Coenrardina van Brienen. Gerard van Brienen is op 12-9-1723 getrouwd te Rotterdam met Catharina Maria le Fort. Zij kregen als kinderen Hermes, Johanna en Jacoba Margareta van Brienen. Cornelis van Brienen, kapitein, trouwde te Rhenen met Machteld Maria Constantia Smissaert. Zij kregen Dirk, Constantia Henrieet, Baltina Carolina, Gijsbert Jan en Jan Carel van Brienen.
Datering:
14-6-1752
laatste wijziging 15-07-2020
486 1753-1802
487 Minuten van akten van consignatie, 1692-1755
488 Minuten van interdicties, 1570-1660
489-515 Minuten van procuraties, taxaties, autorisaties, borgstellingen en andere schepenakten
516-522 Protocollen van procuraties, taxaties, autorisaties, borgstellingen en andere schepenakten
523 Afschriften van akten die niet door de schepenen zijn opgemaakt, maar die bij het gerecht zijn ingediend om officieel te worden geregistreerd, 1670-1788
524-603 Stukken betreffende boedels die door het stadsgerecht zijn vereffend
4. Huishoudelijke zaken
5. Registratie van bewoners
Concordans
Erfgoedstuk
laatste wijziging 09-01-2024
15.229 beschreven archiefstukken
21 gedigitaliseerd
totaal 156 bestanden

Kenmerken

Datering:
1438-1812
Plaatsnaam:
Rhenen
Omvang:
36,5
Openbaarheid:
Geheel openbaar
Soort archief:
Archieven van rechterlijke organen
Herkomst:
Overheid_R
Auteur:
D.T. Koen, D. Ruiter, H.J. Postema
Rechtsvoorgangers:
Kantongerecht, Arrondissementsrechtbank, Notarissen, ambtenaren Burgerlijke Stand
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Regionaal Archief Zuid-Utrecht, Wijk bij Duurstede. Toegang 066 Stadsgerecht Rhenen 1438-1812
VERKORT:
NL-WbdRAZU. 066
Categorie:
laatste wijziging 09-01-2024
15.229 beschreven archiefstukken
21 gedigitaliseerd
totaal 156 bestanden