16-4-1752: Aan de Edele en agtbaare Heeren van de Magistraat der Stad Wijk bij Duursteede.
Geeft met een schuldige Eerbiedighijt te kennen Johannes Bernardus Link, woonagtig tot Darthuijsen en geboortig van Westervoort, gelijk Ued. en Agtbaare uyt de annexe doopceel sult konnen sien, dat hij suppliant genegen was sig alhier ter Steede neder te setten, en om sijne functie als timmerman te exerceeren om daar door op een eerlijke wijse aan de kost te geraaken en meede een borgtogt tot securitijt voor den armen ter somma van vijff hondert glt. te stellen of acte van indemnitijt te besorgen, of soo als 't Ued: en Achtb: soude konnen 't goed vinden te behooren. En terwijl sulx niet gepermitteert is, naer alvorens sig bij requeste bij Ued. en Achtb. geaddresseert te hebben soo keert den suppliant sig tot Ued. en Achtbaare ootmoedelijk versoekende Ued: en Achtbaare gelieven den supplt. met een voordeelig appointement in margine deses te begunstigen en hem sijn borgerregt accordee¬ren actum Wijk den 5 Juni 1752. 't Welk doende
Jan Berrent van Link.

Int jaer 1731 op den 12 April is tot Westervoort van mij gedoopt Joannes Bernardus
soon van Theodorus Linck en Gisberta Messinck wettelicke Ehluijden als doe tot Westervoort woonende en ten doop gehouden door Joan Linck en Janna Messinck.
Concordat cum libro registrali nostre ecclesice
sic testor
Henr. van der Veecken
pastor tot Duven
extractum
Duven den 16 april 1752.