Archieven

Uw zoekacties: Gerechtsbestuur Rijsenburg

137 Gerechtsbestuur Rijsenburg

beacon
 
 
Inleiding
1. Geschiedenis van de archiefvormende organen
2. Aanwijzingen voor de gebruiker
Inventaris
53 Rekening en verantwoording op de zetting van het Huis- en Haardstedegeld, circa 1709, 1771, 1775, 1797
circa 1709: VERVOLG.
NB dat volgens de quitantie van den heer ontfanger Bosehast in date den 30
augustus 1686 is betaelt het Logijsgelt verschenen laetste jaren 1682 voor de
portie van Rysenberg 43-0-0
Ad idem 1684, 1685, 1686 en op den 26 maij 1704 aen den weduwe van den heer
Mansfelt
t’Logijsgelt als voore over den jare 170136-6 en 170232-19
En op den 14 februarij 1707 aen den selve over anno 170337-19
Aen den selve anno 170438-9
Op den 3 december 1707 aen ut supra anno 1705 37-19
Enckelt Dubbelt Haarstedegelt v[an] Rysenburch en verschenen
Victoris 170160-11-8
Dese betaelt op den 7 julij 1705170272-13-8
Aen den weduwe van den heer Mansfelt bij quitantie
Op den 20 december 1706 aen ut supra bij quitantie 170372-13-8
Op den 3 oktober 1707 aen heer Schade 170472-13-8
Op den 25 april 1709 aen ut supra 170672-13-8

T’gemaal
Op den 7 julij 1705 aen den weduwe Mansfelt s’jaar eerste 11 aug 1702112-3-
Op den 14 februarij 1707 aen ut supra 170381-8-6
Op den 1 maart 1707 aen exploicteur Wijck 1704119-5-6

Familiegelt
Op den 20 december 1706 betaelt weduwe Mansfelt 17031e 35-3-
2e35-12-8
Op den 3 oktober 1707 betaelt aen den heer Schade 1704 1e35-12-8
2e35-12-8

25 stuiver per margen Reel item ut supra personeel
Op den 25 april 1709 betaalt aen den heer Schade 1706 181-2-
1706 181-2-

Outschiltgelt
Op den 25 april 1709 betaelt aen heer Schade1706310-6-
137 Gerechtsbestuur Rijsenburg
Inventaris
53 Rekening en verantwoording op de zetting van het Huis- en Haardstedegeld, circa 1709, 1771, 1775, 1797
circa 1709: VERVOLG.
NB dat volgens de quitantie van den heer ontfanger Bosehast in date den 30
augustus 1686 is betaelt het Logijsgelt verschenen laetste jaren 1682 voor de
portie van Rysenberg 43-0-0
Ad idem 1684, 1685, 1686 en op den 26 maij 1704 aen den weduwe van den heer
Mansfelt
t’Logijsgelt als voore over den jare 170136-6 en 170232-19
En op den 14 februarij 1707 aen den selve over anno 170337-19
Aen den selve anno 170438-9
Op den 3 december 1707 aen ut supra anno 1705 37-19
Enckelt Dubbelt Haarstedegelt v[an] Rysenburch en verschenen
Victoris 170160-11-8
Dese betaelt op den 7 julij 1705170272-13-8
Aen den weduwe van den heer Mansfelt bij quitantie
Op den 20 december 1706 aen ut supra bij quitantie 170372-13-8
Op den 3 oktober 1707 aen heer Schade 170472-13-8
Op den 25 april 1709 aen ut supra 170672-13-8

T’gemaal
Op den 7 julij 1705 aen den weduwe Mansfelt s’jaar eerste 11 aug 1702112-3-
Op den 14 februarij 1707 aen ut supra 170381-8-6
Op den 1 maart 1707 aen exploicteur Wijck 1704119-5-6

Familiegelt
Op den 20 december 1706 betaelt weduwe Mansfelt 17031e 35-3-
2e35-12-8
Op den 3 oktober 1707 betaelt aen den heer Schade 1704 1e35-12-8
2e35-12-8

25 stuiver per margen Reel item ut supra personeel
Op den 25 april 1709 betaalt aen den heer Schade 1706 181-2-
1706 181-2-

Outschiltgelt
Op den 25 april 1709 betaelt aen heer Schade1706310-6-
Datering:
circa 1709
3-5-1775: Extract uit de Resolutien van de Ed. Mogende Heeren Staten ’s Lands van Utrecht.

Mercurii den 3. May 1775.

De Heeren Gecommitteerden ter Kamere van Finantie by memorie hebbende voorgedragen, dat Dezelven de, op ordre van Hun Ed. Mog., by de respective gerechten ingediende Cohieren van Huis en Haerdstedengelden, welke by Hun Ed. Mog. Op den 1. Juny 1774 waren geapprobeerd, hadden gedaan resumeren en, zo veel doenlyk, van abuisen zuiveren, invoege dezelven tegenwoordig afgeschreven en in gereedheid gebracht waren, omme van wegen Hun Ed. Mog. Aan de respective Gerechten te konnen en worden afgezonden. Waar op gedelibereerd en gelet zynde op het Advys van welgemelde Heeren
Gecommitteerden, dezen aangaande verder voorgedragen, is dien conform goedgevonden en verstaan, dat de voorsz. Cohieren, by Extract dezer, respectivelyk aan de Gerechten zullen worden toegezonden, met ordre om conform dezelven van nu voortaan, in te gaan met Paaschen 1775, de Huis en Haardstede-gelden in te vorderen, en ten Comptoire te verzorgen door den Schout en Gadermeester van hunlieder District, of wie anders de Gaderinge aldaar, voor het geheel ofte ten dele, heeft geëxerceerd gehad. Ordonnerende Hun Ed. Mog. Dezelve Gerechten respective, omme voorts, alle jaren, stiptelyk aan Hun Ed. Mog op te geven alle zodanige Huizen, welke verder zullen worden aangebouwd, het zy zulks kome te geschieden op plaatsen, alwaar nog nimmer eene Huizinge heeft gestaan, het zy dan op zodanige Huisheuvels of Erven, alwaar voormaals reeds andere Gebouwen zich hebben bevonden; met expressie van het soort, waar toe zulke Huizen behoren; en of daar in eenige Boederye, Winkel, of dergelyke affaire wordt geëxerceerd; als mede eene opgave der Ongelden, waar op dezelve getimmerde Gebouwen, in evenredigheid met anderen, zouden behoren te worden gesteld, na laps van den tyd van vrydom, aan nieuwe Huizen, ten platten Lande opgebouwd wordende, by Hunner Ed. Mog. Placaten toegekend.

Kenmerken

Datering:
1633-1812
Plaatsnaam:
Rijsenburg
Omvang:
0,90
Openbaarheid:
Geheel openbaar
Soort archief:
Archieven van gemeentelijke organen
Herkomst:
Overheid_U
Auteur:
J. Begeman en F. Halmingh Centrale Archief Selectiedienst, Winschoten 1995; met wijzigingen, Wijk bij Duurstede 2012 en 2014
Rechtsvoorgangers:
Gemeentebestuur Rijsenburg
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Regionaal Archief Zuid-Utrecht, Wijk bij Duurstede. Toegang 137 Gerechtsbestuur Rijsenburg 1633-1812
VERKORT:
NL-WbdRAZU. 137