Bibliotheek

Uw zoekacties: Familie De Wijkerslooth de Weerdesteyn

386 Familie De Wijkerslooth de Weerdesteyn

beacon
 
 
Naar boven om te zoeken
386   Familie De Wijkerslooth de Weerdesteyn
Inleiding
1. Familie
2. Archief
laatste wijziging 21-02-2024
1.973 beschreven archiefstukken
354 gedigitaliseerd
totaal 2.350 bestanden
Inventaris
1. Inventarissen, genealogieën en heraldiek
2. Familie De Wijkerslooth
3. Familie Ram (van Schalkwijk)
4. Onverdeelde goederen Ram van Schalkwijk
5. Familiefondsen Ram van Schalkwijk - De Wijkerslooth
6. Nauw verwante families
7. Overige (verwante) families in Nederland, België en Nederlands-Indië
8. Goederen in Nederland
8.1. Noord-Holland
8.1.1. Alkmaar
386 Familie De Wijkerslooth de Weerdesteyn
Inventaris
8. Goederen in Nederland
8.1. Noord-Holland
8.1.1.
Alkmaar
laatste wijziging 16-01-2024
11 gedigitaliseerd
totaal 87 bestanden
1556 Akte, voor Jacop Pietersz en Bartolumeus Dircxsz, schepenen van Alkmaar, waarbij Guyert Jonge Aelbert Herckensz-weduwe, in het bijzijn van Jan Claesz Conynck, haar bestorven voogd, verklaart te mhebben verkocht aan Jan Claesz een weide van vijfhalve ‘caey’ in de vrijheid van Alkmaar in het land van Overdie, met ten noorden de huismeesters binnen Alkmaar, ten zuiden Wouter (?) Beyersz en ten westen de vaart, 6 juni 1508 i
1557 Akte, voor Dirrick Reyersz en Cornelys Garbrantsz, schepenen van Alkmaar, waarbij Jacob Jacobsz, priester, verklaart te hebben verkocht aan Jacob Florysz, zijn neef, een stuk land in de banne van Alkmaar in het land van Overdie van 4 morgen, die Jacob Florysz laatst heeft gebruikt, met ten noorden de grote Heilige Geest-weide, ten zuiden de Reijer Nannen-weduwe en ten westen de gemene molenvaart, 10 oktober 1541 i
1558 Akte, voor Dirrick Reyersz en Cornelys Garbrantsz, schepenen van Alkmaar, waarbij Jacob Florysz verklaart te hebben verkocht aan zijn oom Jacob Jacobsz een lijfrente van 40 gulden jaarlijks uit een stuk land binnen de banne van Alkmaar in het land van Overdie van 4 morgen, met ten noorden de grote Heilige Geest-weide, ten zuiden Reijer Nannens-weduwe en ten westen de gemene molenvaart, 10 oktober 1541 i
1559 Akte, voor Bartolumius Thomasz en Pieter Bartolumiusz, schepenen van Alkmaar, waarbij Symon Jansz en Jan Jansz alias Jan Flooren verklaren te hebben verkocht aan Margryeti Gerrytsdr, hun 1 respectievelijk 2 negende delen in De Cruijsweijde in het ‘scheytzel’ van de banne van Alkmaar en de banne van Heiloo, met ten zuiden de Regulieren in Heiloo, ten noorden de gemene laan in het Varnebroek en ten westen het Egmondermeer, in welke Cruijsweijde 1 negende deel ‘Aelmis-lant’ [Aalmoesland] is, de weduwe van Jan Lubbrantsz 1 negende deel heeft en Margryeti Gerrytsdr zelf 4 en nú 7 negende delen bezit, 15 april 1545 i
1560 Akte, voor Wouter Cornelisz en Allert Claesz, schepenen van Alkmaar, waarbij Boudewijn en Philipps Roelofszonen, gebroeders en poorters van Haarlem, mede namens Machtelt, Geertruijt,
Margryte, Joost en Dirckgen van Rollant, zusters van hun huisvrouwen en kinderen van zaliger Dirck van Rollant bij Joost Augustijnendr van Teylingen, verklaren te hebben verkocht aan Gryet Mathijsdr (weduwe van Cornelis Claesz), een stuk weide binnen de banne van Alkmaar in het land van Overdie bij de Heilooërdijk, genaamd Dirck van Rollands-weide, van 1956,5 roeden, met ten oosten en ten zuiden een stuk land, genaamd ’t Hemt, gekomen van Cornelis Claesz voornoemd, ten
westen Elfgen Jansdr en ten noorden Lou op ‘t Nijeuwelant, met als borg de broers Dirck en Frans van Teylingen waarvan de eerste borg als onderpand stelt zijn huis binnen Alkmaar bij de Grote Kerk, genaamd Claes Corven-huis, met ten oosten Cornelis Jansz Booy en ten westen Claes voorstaand, en de tweede borg die als onderpand stelt zijn huis aldaar op de Nyewesloet op de hoek van de Hoogstraat, met ten oosten Geert Aelbertshuisvrouw en ten westen de Hoogstraat, 19 mei 1563 i
1561 Akte, voor Willem van Ryedtwijck en Willem Cornelisz Laeckeman, schepenen van Alkmaar, waarbij Aelbert Cornelisz Comans, mede-poorter, verklaart te hebben verkocht aan Jan Jansz alias Jan Claesz ten eerste 3,5 negende delen in een stuk land in het ‘sceytsel’ van de bannen van Alkmaar en Heiloo, genaamd De Cruijsweijde, van 3000 en derdehalve roeden, met ten zuiden de Regulieren van Heiloo, ten noorden de gemene laan in het Varnebroek en ten westen het [Egmonder]meer, in welke weide 1 negende deel ‘Aelmis-lant’ is, die Regulieren 1 negende deel hebben en Jan Claesz voornoemd 3,5 negende delen (zodat hij nú 7 negende delen heeft), ten tweede een kroft geestland in de banne van Alkmaar (waarvan de andere helft toebehoort aan Jan Claesz voornoemd) van 1709 ‘dalve’ roeden, met ten noorden Alijdt Mathijs-huisvrouw en ten zuiden Teyn Tyssz, ten derde de helft van een stuk weiland in Bergen, genaamd De Ryetcamp, van ‘vijfftalff hondert’, met ten zuiden de arme huiszitten van Alkmaar en ten noorden Claes Gerrytsz de Rijck, waartoe Jan Claesz als onderpand stelt een stuk weiland in de banne van Alkmaar van 2171,5 roeden, met ten oosten de oude hof, ten zuiden nú Dirck Ramp tot Haarlem met de middelhof en ten noorden de gemene vaart, 20 mei 1564 i
1562 Akte waarbij Jacob Heyndricxsz Saft, prior, enerzijds, en Jan Claesz, poorter van Alkmaar, voor hemzelf en vanwege het ‘Aelmis-lant’ anderzijds - in bijzijn van de arbiters Evert Jansz Stuling (burgemeester van Alkmaar) en Jan Cornelisz Comans (vroedschap van Alkmaar) - in het convent van Heiloo afspreken te delen een perceel land, genaamd De Cruijsweijde, in de banscheiding van Alkmaar en Heiloo, waarvan het convent 1 negende deel en Jan Claesz met het ‘Aelmis-lant’ 8 negende delen bezit, waarbij het convent zal hebben het zuidelijkste deel van 211 roeden alsmede aan de westzijde een stukje laan van 200 roeden en Jan Claesz de rest van De Cruijsweijde, 20 maart 1570 i
1563 Manuscriptkaartje door landmeter [Louris] Pietersz van een laan, eigendom van Jan Claesz Camer, gelegen tussen twee sloten, strekkend vanuit het oosten tot aan het [in 1565] bedijkte Egmondermeer in het westen, 1574
1564 Akte waarbij de burgemeesters van Alkmaar verklaren dat Jan Claesz, mede-broeder in de raad, hun laan achter het Varnebroek, met ten oosten het Varnebroek, ten westen de ringsloot van het Egmondermeer, ten noorden de gemene vaart en ten zuiden Jan Claesz voornoemd, en die annex aan diens land heeft gelegen nú door hun consent [door hem] daarvan is afgescheiden door een sloot, waarbij hij de laan op zijn smalst 15 voeten breed heeft gelaten en die zo breed zal blijven, en welke sloot hij tot zijn eigendom zal behouden, 29 september 1575 i
1565 Akte, voor Jan Claesz Quinting en Cornelis Jansz van der Nijenburgch, schepenen van Alkmaar, waarbij Gryet Mathijsdr, weduwe van Cornelis Claesz, in zijn leven poorter aldaar, met haar voogd Claes Gerritsz, verklaart te hebben verkocht aan Johan Kies, poorter van Alkmaar, een stuk weiland in de banne van Alkmaar in de polder van Overdie van 1956 roeden, met ten oosten en ten zuiden Jan Kies zelf, ten westen de kinderen van zaliger Dirck Claesz Bouteboer, de huismeesters binnen Alkmaar alsmede Cornelis Claesz in de Kit, en ten noorden die huismeesters met Adriaen Martisz Coetenburch, 7 januari 1595
1566 Akte, voor Adriaen Heijndricxsz Rabbi en Jan Claesz Quinting, schepenen van Alkmaar, waarbij Jan Kies, mede-poorter, verklaart schuldig te zijn aan burgemeester Jacob Willemsz Steenhuijs 6375 gulden ter zake van de koop van hem van twee stukken land aldaar, genaamd De Voorwerf, van zevenhalve morgen, met ten zuiden de vaart naar Bergen, ten noorden De Achterwerf en de Jonge Bagijnen te Alkmaar, ten westen de banscheiding van Bergen en ten oosten Aelbert Nannen, 6 november 1596
1567 Akte, voor Adriaen Heijndricsz Rabbi en Jan Claesz Quinting, schepenen van Alkmaar, waarbij burgemeester Jacob Willemsz Steenhuijs verklaart te hebben verkocht aan Jan Kies twee stukken land aldaar, genaamd De Voorwerf, van zevenhalve morgen, met ten zuiden de vaart naar Bergen, ten westen de Achterwerf, de Jonge Bagijnen te Alkmaar, ten westen de banscheiding van Bergen en ten oosten Aelbert Nannen, belast met een pacht voor een vicarie in Amsterdam in de St. Nicolaas-parochie op het St. Jeronimus-altaar, die als onderpand stelt zijn deel, groot 7 morgen, in de polder in Alkmaar, genaamd Robonsbos, met ten westen de erfgenamen van Griete Mathuisdr en Jan Jansz van Amsterdam, ten zuiden alsmede ten oosten en ten noorden de scheisloot van het Egmonder- en Bergermeer, 16 november 1596
1568 Akte waarbij eigenaren van land in de jurisdictie van Alkmaar onder de Sluismolen, die in gemeenschap is met die van Bergen, gelet op het slechte beheer daarvan, waardoor hun landen niet droog staan, verklaren de huidige molenmeester Harman Thomasz opdracht te hebben gegeven een dam en een molentje aan te leggen ten profijt van hun eigen landen, 10 mei 1611
630 Akte waarbij Symon Willemsz van Vaan, Gerryt Arisz Grootlant en Kozijn Jansen, regenten van de Huisarmen van Alkmaar, verklaren te hebben ontvangen van Harmen Thomasz 35 gulden en 10 stuivers alsmede stukken behorende tot de rechtspleging van de buitengorzen van Warmenhuizen en Kalverdijk, waarvan de 10de penning behoort aan de graaf van Egmond, 5 oktober 1613
1569 Akte, voor Adriaen Cornelisz Schagen en Cornelis Jansz Rijx, schepenen van Alkmaar, waarbij Willem Jansz Clock, mede namens zijn broers en zusters, en Cornelis Gabrantsz Seyllemaecker, mede namens zijn zuster en de kinderen van Louris Jansz Comans, alsmede Cornelis Aelbertsz Comans te Geertruidenberg en IJsbrant Baertsz, schoenmaker te en poorter van Alkmaar, ingevolge procuratie dd. 8 mei 1618 voor notaris C.J. Baert [te Alkmaar], verklaart te hebben verkocht aan Jan Kies, licentiaat in de rechten en poorter van Alkmaar, 333 roeden land, gelegen in het Varnebroek aldaar in De Cruijsweijde, gemeen met Jan Kies zelf, 19 november 1618
1570 Manuscriptkaart door de landmeesters Dirck Gerritsz Langedijck en zijn vader [Gerrit Dircksz Langedijck], gedaan in oktober 1623, van landen (waarschijnlijk in de buurt van Alkmaar) rond een oude sloot die is vergraven tot een nieuwe sloot, 24 februari 1625
1571 Verweerschrift door advocaat J[oan] Kies [overleden 1636], namens Claes Cornelisz, buurman in Varnebroek, gedaagde, contra Nicolaes van Seevanck, schout van Alkmaar, eiser, over een weg naar een ‘cruijsweijde’ waarover het volk uit Alkmaar in processie met kruisen door de Nieuwpoort naar toe ging en over welke weg op 30 [!] september 1575 afspraken zijn gemaakt, ongedateerd [ca. 1625]
1572 Akte, voor Cornelis Tomasz Seylmaecker en Arnouwt Vallee, schepenen van Alkmaar, waarbij de gezamenlijke fidei commissarissen van wijlen Cornelis Claesz, in zijn leven burgemeester van Alkmaar, verklaren te hebben verkocht aan Johan Kies 100 roeden land, zijnde een deel van een stuk land, genaamd Het Hemt, in de banne van Overdie, 18 april 1631
631 Akten:
- voor Willem Jansz van Molenvliet en Jan Louris Clock, schepenen van Alkmaar, waarbij Pieter Dorpmans, tegenwoordig wonend te Dordrecht, verklaart op te dragen aan Cornelis Taemsz, wonend te Alkmaar, een huis aldaar aan de westzijde van de Houtilstraat, met ten noorden bakker Gerridt Jacobsz en ten zuiden Jan Lourisz Comans, met de halve loden goot waarvan de wederhelft Jan Lourisz Comans toebehoort, welk huis hij bij akte dd. 12 december 1628 heeft verkregen, 15 juni 1635;
- voor Adriaen Cornelisz Schagen, Hendrick Druijst, Cornelis Thomasz Seylmaecker, Pieter Weijertsz Haringcarspel, Cornelis Jansz Nierop en Thaems Gerritsz Verdoes, schepenen van Alkmaar, waarbij Jacob Jacobsz Brasker en Adriaen Cornelisz Seylmaecker, als curatoren van de boedel van Jan Jansz van Cleeff de Oude, in zijn leven klompenmaker aldaar, alsmede Maertgen Jansdr met haar voogd Jacob Goltsmit en procuratie hebbend van Jan Jansz van Cleeff de Jonge, verklaren te hebben verkocht aan Pieter Dorpmans, chirurgijn te Alkmaar, een huis aan de westzijde van de Houtilstraat aldaar, met ten noorden de erfgenamen van Hans van Campen en ten zuiden de erfgenamen van Willem Heyndricxsz, met een halve loden goot waarvan de wederhelft de erfgenamen van Willem Heyndricxsz toebehoort, alsmede de halve put waarvan de wederhelft de erfgenamen van Jan Garbrantsz Coningh toekomt, plus de vrije uitgang over het erf van Jan Garbrantsz Coningh tot de Achterstraat, 12 december 1628, 15 juni 1635, 12 december 1628 i
632 Akten:
- voor Jacob van Veen en Valerius van Mulick, schepenen van Alkmaar, waarbij Cent Aelbertsz, ‘boovemaker’, poorter aldaar, gehuwd met Lysbet Dircx (weduwe van wafelbakker Heyndric Roelofsz), verklaart te hebben verkocht aan bakker Frans Cornelisz, mede-poorter, een huis aan de westzijde van Houtilstraat te Alkmaar, met ten noorden Gerrit Jacobsz Diemen en ten zuiden het huis van Jan Lourisz Comans, welk huis Heyndric Roelofsz op 7 juni 1640 heeft gekocht, 29 april 1644.
- voor Jacob Lubbrantsz Cooren en Willem Willemsz Kessel, schepenen van Alkmaar, waarbij lakenbereider Meyndert Otten, poorter aldaar, verklaart te hebben verkocht aan wafelbakker Heyndric Roelofsz, mede-poorter, een huis aan de westzijde van de Houtilstraat te Alkmaar, met ten noorden Gerrit Jacobsz Diemen en ten zuiden Jan Lourisz Comans, 7 juni 1640.
- voor Jacob Lubbrantsz Cooren en Willem Willemsz Kessel, schepenen van Alkmaar, waarbij koehouder Cornelis Thaemesz, poorter aldaar, verklaart te hebben verkocht aan lakenbereider Meyndert Otten, mede-poorter, een huis aan de westzijde van de Houtilstraat te Alkmaar, met ten noorden Gerrit Jacobsz Diemen en ten zuiden Jan Lourisz Comans, met een halve loden goot waarvan de wederhelft Jan Lourisz Comans toebehoort, alsmede een halve put waarvan de wederhelft tot het huis van de overleden Jan Garbrantsz Coningh toekomt, plus een vrije uitgang over het erf van Jan Garbrantsz Coningh tot de Achterstraat, 7 juni 1640. , 29 april 1644, 7 juni 1640, 7 juni 1640 i
1573 Afschrift van de uitspraak van de vierschaar van de Nijenburch in de zaak van Wouter Willemsz, buurman tot Oudorp, als gemachtigde van Agatha van Raephorst (weduwe van Joan Kies), en Harck Gerritsz, wonend binnen Alkmaar, waarbij zij voortaan voor hun landen zullen moeten gebruiken de noodweg langs de gemene burenweg van Alkmaar naar Oudorp over een stuk land thans van Crijn Claes Moij (weduwe van Adriaen Jacobsz van Heijloo), 17 augustus 1646
633 Akte met condities waaronder Guijertge Pieters, laatst weduwe van Cornelis Thonisz Jachtschipper en voor hem van Frans Cornelisz Backer, heeft verkocht aan Aris Cornelisz Heemskerck, notaris te Alkmaar, last hebbend van Elisabeth van Bee[s]t, weduwe van Adriaen van der Wal en wonend te Delft, een huis aan de westzijde van Houtilstraat te Alkmaar, daar de Vogelstruis placht uit te hangen, met ten zuiden Claes Pietersz Schuijt en ten noorden Thijman Andriesz Stellingwerff, als voogd van ... [niet ingevuld], 31 maart 1662
634 Akte voor Bartholt van Steenhuijsen, Jacob Schagen Hoochlandt, Heijndrick Heijckensz, Bartholt van Steenhuijsen Dircxsz, Jacob Dierts Cromhout, Cornelis Sevenhuijsen en Hendrick de Vos, schepenen van Alkmaar, waarbij Guertie Pieters, laatst weduwe van Cornelis Tonisz Jachtschipper, verklaart op 31 maart 1662 te hebben verkocht aan Aris Cornelisz Heemskerck, notaris te Alkmaar, als last hebbende van juffrouw Elisabet van Beest, weduwe van Adriaen van der Wal, wonende te Delft, een huis aan de westzijde van de Houtilstraat aldaar alwaar de Vogelstruis placht uit te hangen, met ten zuiden Claes Pietersz Schuijt en ten noorden Adriaen van Diemen, met een halve loden goot waarvan de andere helft Claes Pietersz Schuijt toebehoort, alsmede een halve put waarvan de andere helft het huis van Jan Garbrantsz Coningh toekomt, plus de vrije uitgang over het erf van Jan Garbrantsz Coningh, 14 oktober 1662 i
8.1.2. Amsterdam
8.1.3. Bennebroek
8.1.4. Bergen
8.1.5. Burghorn
8.1.6. De Burg (voormalige gemeente Berkhout)
8.1.7. Edam
8.1.8. Egmond
8.1.9. Haarlem
8.1.10. Haarlemmerliede
8.1.11. Harenkarspel
8.1.12. Heemskerk
8.1.13. Heiloo
8.1.14. Koedijk
8.1.15. Limmen
8.1.16. Oudorp
8.1.17. Oegstgeest
8.1.18. Oudkarspel
8.1.19. Schagen
8.1.20. (Zuid-)Schalkwijk
8.1.21. Scharwoude
8.1.22. Sint Maarten
8.1.23. Spaarnwoude
8.1.24. Veenhuizen
8.1.25. Velsen
8.1.26. Warmenhuizen
8.1.27. Zijpe
8.2. Zuid-Holland
8.3. Utrecht
8.4. Noord-Brabant
8.5. Friesland
8.6. Gelderland
8.7. Zeeland
9. Goederen in België
10. Stukken waarvan de plaats in of het verband met het archief niet duidelijk is
11. Varia
12. Bijlage 1: Stamreeks De Wijkerslooth (de Weerdesteyn)
13. Bijlage 2: Stamreeks Ram (van Schalkwijk)
14. Bijlage 3: Concordantie archief Van Wijkerslooth (Het Utrechts Archief)
Erfgoedstuk
15. Bijlage 4: Concordantie archief Huis Hindersteyn
Erfgoedstuk
16. Bijlage 5: Verzameling visitekaartjes onder inv.nrs. 1788-1789 afkomstig van Jean Baptiste Louis Corneille Charles de Wijkerslooth de Weerdesteyn
Erfgoedstuk
17. Ongeïnventariseerd
laatste wijziging 21-02-2024
1.973 beschreven archiefstukken
354 gedigitaliseerd
totaal 2.350 bestanden

Kenmerken

Datering:
1418-1939
Plaatsnaam:
Langbroek, Cothen, Wulven, Velsen, Spaarnwoude, Haarlem, Oudkarspel, Zijpe, Oostgeest, Alkmaar, Edam
Omvang:
13,50
Openbaarheid:
Geheel openbaar
Herkomst:
Particulier
Auteur:
A.A.B. van Bemmel
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Regionaal Archief Zuid-Utrecht, Wijk bij Duurstede. Toegang 386 Familie De Wijkerslooth de Weerdesteyn 1418-1939
VERKORT:
NL-WbdRAZU. 386
Categorie:
laatste wijziging 21-02-2024
1.973 beschreven archiefstukken
354 gedigitaliseerd
totaal 2.350 bestanden